Herhaling 1.2 4GTL

• Economie
• Middelbare school
• vmbo g
• Leerjaar 4

Goedemiddag

Startactiviteit 

Maak de examentraining op blz. 36 + 37

Programma

Startactiviteit

Herhaling 1.2

Aan de slag!

Nakijken

Afsluiting

Hoofdstuk 1

Paragraaf 2

Leerdoelen 1.2

Je hebt geleerd in deze paragraaf

• Wat het verschil is tussen bruto, netto en besteedbaar inkomen
• Hoe je een stijging of daling berekent (met een groeifactor)
• Wat oorzaken kunnen zijn van inkomensverschillen
• Hoe je uit een grafriek de inkomensverschillen kunt aflezen. 

Het inkomen waar je loonbelasting en premies voor de sociale verzekeringen over betaald.

1. Nettoloon
2. Brutoloon
3. Besteedbaar inkomen
4. Modaal inkomen

Het inkomen na het betalen van verplichte (vaste) uitgaven.

1. Nettoloon
2. Brutoloon
3. Besteedbaar inkomen
4. Modaal inkomen

Het modaal inkomen =

1. Het gemiddelde inkomen.
2. Het minimuminkomen.
3. Het inkomen dat het meest voorkomt.
4. Het inkomen dat je minimaal nodig hebt om van te leven.

Hoe ontstaan inkomensverschillen?

Wat geeft het 

diagonaal aan?

Wat geeft het diagonaal aan?

1. Alle groepsleden hebben evenveel inkomen.
2. Alle groepsleden verdienen precies de helft van het totale inkomen.
3. De groepsleden verdienen allemaal een verschillend inkomen.
4. De groepsleden verdienen allemaal het totale groepsinkomen.

Hoeveel procent van het totale inkomen wordt maandelijks ontvangen

door het groepslid met het hoogste inkomen? 

Hoeveel procent van het totale inkomen wordt maandelijks ontvangen
door het groepslid met het hoogste inkomen?

1. 10 %
2. 25 %
3. 45 %
4. 55 %

Wat is stap 1
bij het berekenen van een daling of stijging?

De consument voelt zich benadeeld, vooral doordat de verpakking van de Toblerone-reep even groot is gebleven.

Welke twee marketinginstrumenten past Toblerone hier toe?

1. plaatsbeleid en productbeleid
2. plaatsbeleid en promotiebeleid
3. productbeleid en prijsbeleid
4. promotiebeleid en prijsbeleid

Aan de slag

Mobieltjes gaan terug in de telefoontas!

Aan de slag

• Afmaken rekenen hoofdstuk 1
• Maken herhalingsopdrachten hoofdstuk 1
• Maken rekenen hoofdstuk 2
• Maken herhalingsopdrachten hoofdstuk 2

Afsluiting

Leerdoelen 1.2

Je hebt geleerd in deze paragraaf

• Wat het verschil is tussen bruto, netto en besteedbaar inkomen
• Hoe je een stijging of daling berekent met een groeifactor
• Wat oorzaken kunnen zijn van inkomensverschillen
• Hoe je uit een grafriek de inkomensverschillen kunt aflezen.