4.3 joints

Thema 4: stevigheid en beweging
Basisstof 3: Beenverbindingen
1 / 49
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo t, mavoLeerjaar 1

This lesson contains 49 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Thema 4: stevigheid en beweging
Basisstof 3: Beenverbindingen

Slide 1 - Slide

start task
1. Cress project submitted (via Classroom)?
 --> If not, you may write on a post-it what the issue is or any question you have. Stick it on the corner of your table.
2. Copy the learning objectives into your notebook.

Learning objectives. After this lesson, you will be able to:
- describe 4 types of bone connections.
- explain how a ball-and-socket joint, a hinge joint, and a pivot joint work.
timer
7:00

Slide 2 - Slide

program
  • Starter task
  • Explanation + notes
  • Complete assignments
  • Homework

Slide 3 - Slide

assigment
  • Move your shoulders.
  • What can you do with them?
  • Can you do the same with your elbow?
  • And with your finger joints?
timer
1:00
Learning objectives. After this lesson, you will be able to:
- describe 4 types of bone connections.
- explain how a ball-and-socket joint, a hinge joint, and a pivot joint work.

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Video

4 types of bone connections
fused
sutures
cartilage
joints

Slide 6 - Slide

4 types of bone connections
fused
sutures
cartilage
joints
bones can not move
bones can move

Slide 7 - Slide

4 types of bone connections
fused
sutures
cartilage
joints

Slide 8 - Slide

fused

Slide 9 - Slide

sutures

Slide 10 - Slide

Skull in babies: fontanelles








Slide 11 - Slide

cartilage

Slide 12 - Slide

joints

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Video

hinge
joint
ball-and-socket
joint
pivot
joint
What types of joints are there?

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Summary
Bone connections:
  • fused
  • sutures
  • cartilage
  • joints
             - hinge
             - bal-and-socket
             - pivot 

Slide 17 - Slide

Write (on the back of) your post-it!
Arrange the images below in order from most to least movable (ABCD).
A
B
C
D

Slide 18 - Slide

A
B
C
D

Slide 19 - Slide

A
B
C
Which three types of joints do you see here?
Write down the correct name for each type.

Slide 20 - Slide

pivot-
joint
hinge-
joint
bal-and-socket
joint

Slide 21 - Slide

work
What: Complete exercises 1, 3, 5, and 8 (pages 25-29).
How: Use the text and images from pages 22-25.
Help: Ask your neighbour first, then raise your hand.
Finished: Check your answers via Google Classroom.
Leerdoelen: Na deze les kun je:
- 4 beenverbindingen beschrijven. 
- de werking van een kogelgewricht, een scharniergewricht en een rolgewricht beschrijven.
Learning objectives. After this lesson, you will be able to:
- describe 4 types of bone connections.
- explain how a ball-and-socket joint, a hinge joint, and a pivot joint work.
timer
15:00

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Slide

Waar of nietwaar?
Een kogelgewricht zit in je heup.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 25 - Quiz

Schrijf in je schrift.
Zet onderstaande afbeeldingen op volgorde van meest naar minst beweegbaar (ABCD)
Meest beweegbaar
minst beweegbaar

Slide 26 - Drag question

Slide 27 - Slide

Hoeveel kanten kan een scharnier gewricht draaien?
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 28 - Quiz

Hoeveel soorten beenverbindingen zijn er?
A
10
B
3
C
200
D
4

Slide 29 - Quiz

Welke beenverbindingen zijn niet beweeglijk?
A
Kraakbeen
B
Gewricht
C
Vergroeid
D
Naad

Slide 30 - Quiz

De schedelbeenderen zitten verbonden met elkaar door:
A
Kraakbeen
B
Gewricht
C
Naad
D
Vergroeid

Slide 31 - Quiz

De ribben en het borstbeen zijn verbonden door:
A
Kraakbeen
B
Gewricht
C
Naad
D
Vergroeid

Slide 32 - Quiz

Een middenhandsbeentje is verbonden met een vingerkootje door:
A
Naadverbinding
B
Vergroeide verbinding
C
Kraakbeen verbinding
D
Gewricht

Slide 33 - Quiz

Wat ga je over deze les zeker onthouden?

Slide 34 - Open question

4 verschillende beenverbindingen

Slide 35 - Slide

Succes !
vergroeiiing
naadverbinding
gewrichten
 kraakbeen

Slide 36 - Drag question

Kogel-
gewricht

scharnier-
gewricht
rol-
gewricht
zadel-
gewricht
eivormig
gewricht

Slide 37 - Drag question

Aan de slag!
Lees thema 4 basisstof 3.
(blz. 21 t/m 28
opdr. 1 t/m 6 samen
pdr. 6 t/m 8 zelfstandig

Slide 38 - Slide

Leerdoelen
- Je kunt 4 beenverbindingen beschrijven. 
- Je kunt de bouw van een gewricht beschrijven.
- Je kent het verschil tussen een kogelgewricht en een scharniergewricht. 

Slide 39 - Slide

Je hebt twee typen beenderen. Welke?
A
Kraakbeen & Arm
B
Kraakbeen & Botbeen
C
Arm & Been
D
Schedel & Romp

Slide 40 - Quiz

Been is harder dan kraakbeen.
A
juist
B
onjuist

Slide 41 - Quiz

In het puntje van je neus zit
A
Been
B
Kraakbeen

Slide 42 - Quiz

Dit soort been bevat veel lijmstof
A
been
B
kraakbeen

Slide 43 - Quiz

Hoe noem je het veranderen van kraakbeen in been naarmate je ouder wordt?
A
Verharding
B
Volharding
C
Verbening
D
Versteviging

Slide 44 - Quiz

Welke 2 botten zitten er in je onderarm?
A
Scheenbeen en enkel
B
Ellepijp en spaakbeen
C
Sleutelbeen en schouderblad
D
kraakbeen en heilig been

Slide 45 - Quiz

Baby’s kunnen gemakkelijk hun eigen tenen in hun mond steken zonder hun botten te breken.
Hoe kan dat?
A
De botten van een baby kunnen buigen, doordat ze uit been bestaan.
B
De botten van een baby kunnen buigen, doordat ze uit kraakbeen bestaan.

Slide 46 - Quiz

Noem een functie van het skelet. Er zijn er 4:

Slide 47 - Open question

Slide 48 - Slide

Je botten zijn gemaakt van kalkstof en lijmstof. Welke stof zorgt ervoor dat je botten hard en stevig zijn?
A
Lijmstof
B
Kalkstof

Slide 49 - Quiz