Prostaat hypertrofie, prostaatkanker en darmkanker

 Prostaathypertrofie, prostaatkanker, darmkanker 
1 / 39
next
Slide 1: Slide
VerzorgendeMBOStudiejaar 2

This lesson contains 39 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

 Prostaathypertrofie, prostaatkanker, darmkanker 

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Blaas
Bijbal
Endeldarm
Penis
Teelbal (testis)
Urineleider
Zaadleider
Zwellichaam

Slide 3 - Drag question

Anus
Balzak
Eikel
Prostaat
Schaambeen
Urinebuis
Zaadblaasje

Slide 4 - Drag question

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Wat is de functie van de prostaat?

Slide 7 - Open question

Wat zorgt ervoor dat de zaadcellen langer blijven leven?
A
dat de urine ook daarlangs loopt
B
dat er prostaatvocht bij komt

Slide 8 - Quiz

Slide 9 - Slide

De prostaat heeft normaal de grote van een ........ ?
A
Druif
B
Pruim
C
Passievrucht
D
Walnoot

Slide 10 - Quiz

Slide 11 - Slide

Prostaat hypertrofie is een ..... gezwel?
A
benigne
B
maligne

Slide 12 - Quiz

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Welke vorm van incontinentie kan optreden bij prostaathypertrofie?
A
Druppel incontinentie
B
Neurogene incontinentie
C
Overloop incontinentie
D
Urge incontinentie

Slide 15 - Quiz

Welke klachten kunnen er optreden bij prostaathypertrofie?
Noem er minimaal 3

Slide 16 - Open question

Slide 17 - Slide

3

Slide 18 - Video

00:25
Waar leidt een prostaatvergroting vaak toe?

Slide 19 - Open question

00:37
Welke operatie wordt er uitgevoerd bij een vergrote prostaat?

Slide 20 - Open question

01:14
Na het wegsnijden van overtollig weefsel wordt een katheter geplaatst, hoe lang moet deze blijven zitten?
A
8 tot 12 dagen
B
9 tot 13 dagen
C
10 tot 14 dagen
D
11 tot 15 dagen

Slide 21 - Quiz

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Slide

Slide 26 - Slide

Welke behandeling wordt er
NIET toegepast bij prostaatkanker?
A
Bestraling
B
Hormoontherapie
C
Chemotherapie
D
Radiotherapie

Slide 27 - Quiz

Welk onderzoek wordt er NIET uitgevoerd bij prostaatkanker
A
Bloedonderzoek
B
röntgenfoto
C
Rectaal onderzoek

Slide 28 - Quiz

Slide 29 - Slide

Slide 30 - Slide

Een maligne is een ...... gezwel
A
Goedaardig
B
Kwaadaardig

Slide 31 - Quiz

Slide 32 - Slide

Slide 33 - Slide

Slide 34 - Slide

Noem minimaal 4 oorzaken van het ontstaan van een darmcarcinoom.

Slide 35 - Open question

Slide 36 - Slide

Welke behandelmethodes?

Slide 37 - Slide

Slide 38 - Video

Tot slot;
Laptop en telefoon weg. Schrijf op de voorkant van een leeg vel in het midden;          'Prostaatkanker'
op de achterkant zet je          'Dikke darm kanker"
En je gaat er zoveel mogelijk omheen noteren, wat je NU daarover weet. Gebruik kleur.

(Denk aan oorzaken, klachten, onderzoek, behandeling) 

Slide 39 - Slide