Grammatica 1,2 en 3 (ww, zn, lw en pv. NN7 KGT1)

Grammatica 1,2 en 3 
(ww, zn, lw en pv. NN7 KGT1)
1 / 18
next
Slide 1: Slide

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Grammatica 1,2 en 3 
(ww, zn, lw en pv. NN7 KGT1)

Slide 1 - Slide

Werkwoord
- Een werkwoord is een doe-woord
- Een werkwoord kun je vervoegen

Slide 2 - Slide

Kies de werkwoorden.
A
Huizen
B
Zingen
C
Bouwen
D
Liedjes

Slide 3 - Quiz

Kies de werkwoorden:
A
hollen
B
zitten
C
rennen
D
bedden

Slide 4 - Quiz

Zelfstandig naamwoord
- Een zelfstandig naamwoord is een woord voor
* mensen
* dieren   
*planten
* dingen
Namen zijn ook zelfstandig naamwoorden!
Namen zijn ook zelfstandige naamwoorden!

Slide 5 - Slide

Namen zijn ook zelfstandige naamwoorden!
Voornamen
Achternamen
namen van steden en dorpen
namen van rivieren en zeeën

Slide 6 - Slide

Lidwoorden
De lidwoorden zijn:
de
het
een ('n)

Slide 7 - Slide

Wat zijn zelfstandig naamwoorden?
A
de, het, een
B
rood, groen, geel
C
fiets, koe, paard

Slide 8 - Quiz



Wat is een zelfstandig naamwoord?
timer
0:20
A
een naam
B
zelfde als 'de, het, een'
C
mens, dier, plant of ding
D
Wie of wat

Slide 9 - Quiz

Wat zijn zelfstandig naamwoorden?
A
de, het , een
B
slimme, mooie, rode
C
fiets, boek, volleybal
D
lopen, werken, denken

Slide 10 - Quiz

Wat is een zelfstandig naamwoord
A
Vertrekken
B
Koerier
C
Geweldig
D
Manager

Slide 11 - Quiz

Wat zijn lidwoorden?
A
zijn en worden
B
de, het en een
C
ik, hij en wij
D
het onderwerp van de zin

Slide 12 - Quiz

Wat zijn lidwoorden?
A
de, het , een
B
slimme, mooie, rode
C
fiets, boek, volleybal
D
lopen, werken, denken

Slide 13 - Quiz

Wat is geen lidwoord?
A
De
B
Het
C
Een
D
Mijn

Slide 14 - Quiz

Persoonsvorm (PV)
- Elke zin heeft een persoonsvorm
- De pv is altijd een werkwoord
-Je kunt de pv vinden door:     
    *vraagproef (vraagzin maken)
    * tijdproef (in een andere tijd zetten)        

Slide 15 - Slide

Wat is de pv?
Alle kinderen zijn erg slim.
A
Alle kinderen
B
zijn
C
erg
D
slim

Slide 16 - Quiz

Wat is de pv?
Met Sint Maarten heb ik veel snoep opgehaald.
A
ik
B
Met Sint Maarten
C
veel snoep
D
heb

Slide 17 - Quiz

Op 21 december organiseert mijn school een kerstgala.
A
op 21 december
B
mijn school
C
organiseert
D
een kerstgala

Slide 18 - Quiz