2F procenten - herhalen + par. 11.4 en 11.5

Rekenen
Klas 1hvsb
Online les wo. 30.09.2020
Procenten
Opleiding Verkoopspecialist
Docent: mevrouw Jansen
1 / 22
next
Slide 1: Slide
RetailMBOStudiejaar 1

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

Rekenen
Klas 1hvsb
Online les wo. 30.09.2020
Procenten
Opleiding Verkoopspecialist
Docent: mevrouw Jansen

Slide 1 - Slide

Wat gaan we deze les doen?
  • Kennis toetsen/ oefenen procentsommen adhv interactieve vragen
  • Uitleg par. 11.4 - percentage als decimaal getal
  • Uitleg par. 11.5 - percentages, breuken en verhoudingen

Slide 2 - Slide

Lesdoelen:
  • Je leert percentages berekenen met de
      formule wat : waarvan x 100 (herhaling)
  • Je leert het nieuwe aantal of de nieuwe
      prijs uitrekenen bij een toename of afname
      in procenten (herhaling)
  • Je leert terugrekenen naar 100%
      (herhaling)
  • Je leert procenten schrijven als een
      decimaal getal 
  • Je leert rekenen met een aantal handige
      percentages
  • Je leert het verband tussen percentages,
      breuken en verhoudingen

Slide 3 - Slide

Een voetbal kost met 40% korting € 12,95 / Wat was de oude prijs (zonder korting)?

Slide 4 - Open question

Uitleg vraag
  • Je krijgt 40% korting dus je betaalt 60%
  • De voetbal kost met 40% korting € 12,95 = 60%
  • De oude prijs (prijs zonder korting) is 100%
  • Berekening: € 12,95 : 60 x 100 = € 21,58                                             : 60                                                  x 100
                                                               
procenten
60
1
100
bedrag in euro's
12,95
21,58

Slide 5 - Slide

In een winkel is uitverkoop / een zonnebril is afgeprijsd van € 250 naar € 185 / Hoeveel procent korting heb je gekregen?

Slide 6 - Open question

Uitleg vraag
  • Je hebt € 250 - € 185 = € 65 korting gekregen op de (oude) prijs van € 250
  • Dat is € 65 : € 250 x 100 = 26% korting
  • Je rekent dit uit met de regel
                                     wat
                              -------------    x 100
                                 waarvan

Slide 7 - Slide

Je ontvangt een factuur met een totaal bedrag van € 265. Dit is inclusief 21% btw / Hoeveel euro betaal je zonder btw?

Slide 8 - Open question

Uitleg vraag
  • De prijs inclusief btw is 121%  ( € 265)
  • De prijs exclusief btw is 100%
  • Berekening is € 265 : 121 x 100 = € 219,01

                                                                                                                                 : 121                                                         x 100
procenten
121
1
100
bedrag in euro's
265
219,01

Slide 9 - Slide

In een winkel betaal je de prijs inclusief btw. Een artikel kost € 385 (incl. 21% btw). Hoeveel btw (in euro's) betaal je voor dit artikel?

Slide 10 - Open question

Uitleg vraag
  • Prijs inclusief btw is 121%  (€ 385)
  • De btw is 21% dus je moet uitrekenen welk bedrag er bij 21% hoort
  • Berekening is € 385 : 121 x 21 = € 66,82
                                                                                                                                     : 121                                                           x  21 
procenten
121
1
21
bedrag in euro's 
385
66,82

Slide 11 - Slide

Uitleg par. 11.4 (percentage als decimaal getal)
  • Je kunt procenten schrijven als een decimaal getal (een kommagetal).
  • Bijvoorbeeld   1% = 0,01
  • Toelichting:  1% is 1/100 deel van 100% 
  • 1/100 schrijf je als decimaal getal 0,01 (deel maar één euro door 100, dan
     krijg je 1 cent = 0,01)

Slide 12 - Slide

Nog meer percentages als decimaal getal (par. 11.4)
  • Nog een paar voorbeelden:
15% = 0,15   (15 : 100 = 0,15  /  als je deelt door 100 schuift de komma twee plaatsen op naar links)
35% = 0,35
3% = 0,03
  • Je kunt percentages ook berekenen door te vermenigvuldigen met het decimale getal. 
  • Als je dit altijd al zo hebt gedaan en je kunt dit, dan mag je dit van mij doen.
  • Als je dit nooit hebt gedaan, dan heb ik liever niet dat je dit gaat doen.
  • Ik wil liever dat jullie altijd met tussenstap 1% rekenen (dus 15% van € 230 is € 230 : 100 x 15)
  • Jullie hoeven daarom  dan ook niet de opdrachten van par. 11.4 te maken

Slide 13 - Slide

Uitleg par. 11.5 (percentages, breuken en verhoudingen)
  • Handige percentages die je als eenvoudige breuk kunt schrijven
  • Bijvoorbeeld   1% = 1/100    10% = 1/10    50% = 1/2     25% = 1/4    75% = 3/4
  • Kijk hiervoor in je boek op pag. 166
  • We gaan een uitleg hierover bekijken in het volgende filmpje

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Video

Wat is goed?
1/2 =
A
50/100 = 0,5 = 50%
B
5/100 = 0,5 = 50%
C
50/100 = 0,05 = 50%

Slide 16 - Quiz

Wat is goed?
75% =
A
75/100
B
0,75
C
3/4
D
alle antwoorden zijn goed

Slide 17 - Quiz

Een bloembollenpakket bestaat in totaal uit 80 bollen: 40 tulpen / 20 narcissen / 10 hyacinten / 5 blauwe druifjes / 5 anemonen. Hoeveel procent van het pakket bestaat uit narcissen?

Slide 18 - Open question

Uitleg vraag
  • Er zaten in totaal 80 bloembollen in het pakket
  • 20 daarvan waren narcissen
  • Dat is 20 van de 80 is 1/4 deel is 25%

Slide 19 - Slide

Hoeveel is de helft van de helft? Geef je antwoord in procenten.

Slide 20 - Open question

Uitleg vraag
  • Hoeveel is de helft van de helft?
  • De helft is 50%
  • Hier weer de helft van is 25%  (= 0,25 = 1/4)

Slide 21 - Slide

Huiswerk voor volgende week
  • Maken par. 11.5 vraag 1 t/m 14 op pag. 166 t/m 169 in boek deel B
  • Huiswerkopdracht zie in Teams / inleveren in Teams

Slide 22 - Slide