Les 8: Schrijven: Hoogstpersoonlijk

1 / 18
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo b, k, tLeerjaar 1

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Wat is de persoonsvorm in deze zin?

Mijn moeder heeft een bos bloemen gekregen.
A
Mijn moeder
B
heeft
C
een bos bloemen
D
gekregen

Slide 3 - Quiz

Wat is een samengesteld woord?
A
Tafelpoot
B
Kopje
C
Tafeltje
D
Televisie

Slide 4 - Quiz

Slide 5 - Slide

Oranje en rood

  1. Je schrijft een kaart
  2. Je schrijft een aanhef en een afsluiting
Lesdoelen

Slide 6 - Slide

Ik schrijf een kaart aan mijn opa en oma
Ik gebruik....:
A
formele taal
B
informele taal
C
kan beiden

Slide 7 - Quiz

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Video

Wat schrijf je als eerste op de enveloppe of kaart?
A
plaats en datum
B
straat en huisnummer
C
postcode en plaats
D
voornaam of voorletter en achternaam

Slide 11 - Quiz

Wat schrijf je als tweede op de enveloppe of kaart?
A
naam en adres
B
adres en huisnummer
C
postcode en plaats
D
jouw voor- en achternaam

Slide 12 - Quiz

Wat schrijf je als derde op de enveloppe of kaart?
A
postcode en plaats
B
straat en huisnummer
C
achternaam
D
postcode

Slide 13 - Quiz

Slide 14 - Slide

Een aanhef is...
A
De opening van de brief
B
De afsluiting van de brief

Slide 15 - Quiz

Wat is GEEN aanhef?

A
Geachte mevrouw/meneer,
B
Goedendag,
C
Hoogachtend,
D
Beste mevrouw/meneer,

Slide 16 - Quiz

TAB: week 2, hoogstpersoonlijk

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide