This lesson contains 46 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 30 min
Items in this lesson
Slide 1 - Slide
Slide 2 - Slide
Organisch
Anorganisch
CO2
Glucose
Eiwit
N2
H2O
DNA
Zetmeel
Slide 3 - Drag question
Slide 4 - Slide
Slide 5 - Slide
Slide 6 - Slide
In welke Binas tabel kan je informatie vinden over de kenmerken van de verschillende rijken?
Slide 7 - Open question
Slide 8 - Slide
Wat is de juiste volgorde van groot naar klein?
A
Domein, Stam, Rijk, Klasse, Orde, Familie, Geslacht, Soort
B
Domein, Rijk, Stam, Klasse, Orde, Familie, Geslacht, Soort
C
Domein, Rijk, Klasse, Stam, Orde, Familie, Geslacht, Soort
D
Domein, Rijk, Stam, Orde, Klasse, Familie, Geslacht, Soort
Slide 9 - Quiz
Slide 10 - Slide
Slide 11 - Slide
Slide 12 - Slide
Slide 13 - Slide
De Coloradokever leeft onder andere op de Aardappel (Solanum tuberosum L.), op de Tomaat (Solanum lycopersum L.) en op Bitterzoet (Solanum dulcamara L.). Behoren deze planten tot hetzelfde genus (geslacht)? En tot dezelfde soort?
A
alleen tot hetzelfde genus
B
alleen tot dezelfde soort
C
zowel tot hetzelfde genus als tot dezelfde soort
Slide 14 - Quiz
Slide 15 - Slide
Slide 16 - Slide
Slide 17 - Slide
Slide 18 - Slide
Slide 19 - Slide
Slide 20 - Slide
Slide 21 - Slide
Slide 22 - Slide
Slide 23 - Slide
Slide 24 - Slide
Slide 25 - Slide
Slide 26 - Slide
Slide 27 - Slide
Wat wordt bedoeld met fitness?
Slide 28 - Open question
Slide 29 - Slide
Slide 30 - Slide
Slide 31 - Slide
Slide 32 - Slide
Slide 33 - Slide
Slide 34 - Slide
Slide 35 - Slide
Slide 36 - Slide
Slide 37 - Slide
Welke van de nu nog levende katachtige is volgens deze stamboom het meest verwant aan de poema?
A
cheetah
B
de Europese lynx
C
de huiskat
D
de jaguar
Slide 38 - Quiz
Slide 39 - Slide
Slide 40 - Slide
Slide 41 - Slide
Slide 42 - Slide
Slide 43 - Slide
Slide 44 - Slide
Door het meanderen van een rivier in het tropisch regenwoud raken enkele tientallen vierkante kilometers woud geïsoleerd van de rest. In de daar levende kleine groep van een bepaalde apensoort blijken een aantal jaren later heel andere allelfrequenties voor te komen dan bij de grote groep verderop. – Wat is de oorzaak daarvan? – Welke naam wordt gebruikt voor dit verschijnsel?
A
Geen toeval, Natuurlijke selectie
B
Geen toeval, Genetic drift
C
Toeval, Natuurlijke selectie
D
Toeval, Genetic drift
Slide 45 - Quiz
De voorouders van de lama’s en kamelen zijn beide door mensen getemd en veredeld (gedomesticeerd). Hierdoor verschillen vooral de Alpaca en Lama van hun wilde verwanten de Vicuña en de Guanaco. Bij het ontstaan van nieuwe soorten kunnen de volgende factoren een rol spelen: 1 isolatie, 2 mutatie, 3 selectie Op welke van deze drie factoren heeft de mens tijdens het domesticeren invloed uitgeoefend?