This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.
Lesson duration is: 30 min
Items in this lesson
Gelukkig nieuwjaar!
Slide 1 - Slide
Ordening en evolutie
Slide 2 - Slide
Wat weet je van ordening?
Slide 3 - Mind map
Indeling organismen
-Geordend op overeenkomstige kenmerken
Eerste deling: Domeinen -Archaea (eencelligen: lijken op bacteriën maar hebben bijzondere eigenschappen) -Eukaryoten (meercelligen: planten, dieren, schimmels en protisten) -Bacteriën (eencelligen)
Slide 4 - Slide
Ordening
Slide 5 - Slide
Kenmerken
Bacterie is eencellig, voortplanting door deling
Schimmel is een- of meercellig (schimmeldraden en paddestoel)
voortplanting deling of sporen
Slide 6 - Slide
Soorten en rassen
Dezelfde soort: kunnen onderling voortplanten en vruchtbare nakomelingen krijgen
Ras: een groep binnen een soort met bepaalde overeenkomstige kenmerken Soort: Hond Ras: labrador, herder, chow chow enz.
Slide 7 - Slide
Slide 8 - Video
Hoe noemen we het indelen van organismen?
A
Kenmerken
B
Vertakkingsschema
C
Celkern
D
Ordening (of ordenen)
Slide 9 - Quiz
Ordening verdeel je in
A
4 rijken
B
4 soorten
C
4 afdelingen
D
4 rassen
Slide 10 - Quiz
Wat betekent ordenen in de biologie?
Slide 11 - Open question
Naar welke kenmerken (op cel niveau) kijken we als we indelen op bacteriën, schimmels, planten en dieren?
Slide 12 - Open question
Welke celkenmerken komen voor bij de cellen van een dier?
A
Celwand en celkern
B
Bladgroenkorrels, celwand en celkern
C
Celwand
D
Celkern
Slide 13 - Quiz
Welke celkenmerken komen voor bij de cellen van een plant?
A
Celwand en bladgroenkorrels
B
Celwand, celkern en bladgroenkorrels
C
Celkern en bladgroenkorrels
D
Celwand en celkern
Slide 14 - Quiz
Wanneer behoren organismes tot 1 soort?
A
Als ze er het zelfde uitzien.
B
Als ze het zelfde DNA hebben.
C
Weet ik niet.
D
Als ze zich kunnen voortplanten.
Slide 15 - Quiz
Huiswerk
Voor vrijdag maken in de online omgeving basisstof 1 van het hoofdstuk ordening