GeoStap | Luchtdruk en wind

Luchtdruk en wind




Weer en Klimaat
1 / 19
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo, mavoLeerjaar 3,4

This lesson contains 19 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Luchtdruk en wind




Weer en Klimaat

Slide 1 - Slide

Je kunt uitleggen:
  • wat luchtdruk is en hoe hogedruk- en lagedrukgebieden het weer beïnvloeden.
  • hoe wind ontstaat door drukverschillen
  • hoe globale windsysteem werken en hoe ze bijdragen aan het ontstaan van stormen.











Leerdoelen

Slide 2 - Slide

De lucht heeft een gewicht. 

Dit drukt op het aardoppervlak = luchtdruk.

Meten met een barometer hectopascal (hPa).
Luchtdruk

Slide 3 - Slide

Niet overal hetzelfde. 

Hangt af van hoe warm of koud de lucht is.

Hoge- en lagedrukgebieden


Luchtdruk

Slide 4 - Slide

Als lucht stijgt.
  1. Als een plek heel warm wordt (rond de evenaar).
  2. Als warme en koude lucht elkaar tegenkomen. 


Lage luchtdruk

Slide 5 - Slide

Als lucht stijgt.
  1. Als een plek heel warm wordt (rond de evenaar).
  2. Als warme en koude lucht elkaar tegenkomen. 


Lage- en hoge luchtdruk

Slide 6 - Slide

Opdrachten
Bewegende lucht = wind 
  • ontstaat door een verschil in luchtdruk

  • Windkracht (Beaufort)
  • Windrichting
Wind

Slide 7 - Slide

Als lucht stijgt.
  1. Als een plek heel warm wordt (rond de evenaar).
  2. Als warme en koude lucht elkaar tegenkomen. 


Wind

Slide 8 - Slide

Als lucht stijgt.
  1. Als een plek heel warm wordt (rond de evenaar).
  2. Als warme en koude lucht elkaar tegenkomen. 


Wind

Slide 9 - Slide

Grote luchtstromen die warmte en kou verdelen over de aarde.
  • Warme lucht stroomt van de evenaar naar de polen.
  • Koude lucht stroomt van de polen naar de evenaar.
 Grote Windsystemen

Slide 10 - Slide

Vorming tropische orkanen boven de Atlantische Oceaan.
  • Tussen juni en november, 
  • Begin als tropische depressies boven warm zeewater van minimaal 26,5 °C
  • Warme, vochtige lucht stijgt op, condenseert en vormt wolken en regen.

Ontstaan orkanen

Slide 11 - Slide

  • Het oog in het midden is wolkenvrij en bijna windstil, extreem laag-drukgebied
  • Windsnelheid boven de 118 km/u 
  • Veel neerslag en kunnen overstromingen veroorzaken.
  • Op het land neemt zijn kracht af.

Ontstaan orkanen

Slide 12 - Slide

Opdrachten
Orkanen bewegen langzaam, ongeveer 20 km per uur.

Elke orkaan krijgt een naam, beginnend met de letter A voor de eerste orkaan van het jaar.

Orkanen

Slide 13 - Slide

Opdrachten
Niet elke depressie wordt een storm, en niet elke storm wordt een orkaan.
In het kort:
  • Ontstaan boven zee (26,5 °C)
  • Extreem laag-drukgebied
  • Orkaan verplaatst langzaam
  • Duurt 5-10 dagen
  • Kan veel schade aanrichten 
  • Boven land verliest de kracht
Orkanen

Slide 14 - Slide

Sterke wervelwinden: ontstaan door een draaiende beweging van lucht.
  • Verwoestende kracht, met windsnelheden >400 km/u.
 
Zuiden en midden van de VS: 'Tornado Alley'. Omstandigheden ideaal voor het ontstaan van tornado's, vooral in het voorjaar.


Tornado's

Slide 15 - Slide

Opdrachten
  • Warme, vochtige lucht botst met koude, droge lucht.
  • Opstijgende warme lucht: vorming van supercell storms.
  • Veranderingen in windsnelheid en -richting op verschillende hoogtes (windschering).
  • Luchtcilinder wordt verticaal getrokken en raakt de grond.
Ontstaan tornado's

Slide 16 - Slide

Pad van verwoesting:
  • Hoge kracht die beperkt blijft tot een klein gebied. 
  • Veroorzaken schade: hoge wind- snelheden en rondvliegend puin.
Tornado's zijn onvoorspelbaar. Voorbereiding: kennis van veiligheidsmaatregelen, noodschuilplaatsen en noodplannen zijn cruciaal.
Impact van Tornado’s

Slide 17 - Slide

Opdrachten
Maken in Learnbeat:
Luchtdruk en wind
  • Theorie
  • Aantekeningen
  • Opdrachten
  • +Opdrachten
  • Zoek het Uit!
  • Check

Aan de slag!

Slide 18 - Slide

Opdrachten
Ontdek de wereld op jouw manier

Meer informatie en materiaal:

GeoStap

Slide 19 - Slide