Lezen 2.1 De indeling van teksten

Nederlands - les 22 november
1 / 20
next
Slide 1: Slide
NederlandsMBOStudiejaar 1

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Nederlands - les 22 november

Slide 1 - Slide

Planning voor deze les
  1. Zijn er nog vragen over periode 1?

  2. Lesplanning voor periode 2

  3. Lez 2.1 De indeling van teksten

Slide 2 - Slide

Lezen hoofdstuk 2
De opbouw van een tekst

Teksten hebben vaak een vaste structuur / opbouw. 

Als je weet hoe een tekst in elkaar zit, helpt je dat om een tekst te begrijpen.

Slide 3 - Slide

Lez 2.1 De indeling van teksten
Lesdoelen
  1. Je weet uit welke verschillende onderdelen een tekst is opgebouwd.
  2. Je weet welke functie bepaalde onderdelen van een tekst hebben.

Slide 4 - Slide

Een tekst bestaat altijd uit drie delen:
inleiding, middenstuk en slot.
Elk deel heeft zijn eigen functie. 

Inleiding: 
De lezer maakt kennis met het onderwerp, zijn aandacht wordt getrokken.

Middenstuk: De belangrijkste informatie (in deelonderwerpen)

Slot: Afronding, samenvatting, conclusie

Slide 5 - Slide

Inleiding
Middenstuk
Slot
Dit deel is opgedeeld in meer alinea's 
Het onderwerp wordt benoemd
De lezer wordt nieuwsgierig gemaakt
Aandachttrekker: er wordt bijv. een vraag gesteld of een probleem besproken.
Een samenvatting van de tekst
Er wordt bijv. een vraag beantwoord of een oplossing bij een probleem besproken.
De tekst wordt stap voor stap uitgewerkt

Een conclusie 

Slide 6 - Drag question

Teksten bevatten vaak dezelfde onderdelen

Slide 7 - Slide

Titel
Lead
Slot
Inleiding
Middenstuk
Middenstuk

Slide 8 - Drag question

Hoe wordt het onderwerp geïntroduceerd?
A
met de deur in huis vallen
B
belangstelling wekken met anekdote
C
inleiding / onderwerp nader toelichten

Slide 9 - Quiz

Hoe wordt het onderwerp geïntroduceerd?
A
met de deur in huis vallen
B
belangstelling wekken
C
inleiding / onderwerp nader toelichten

Slide 10 - Quiz

Lees de 2 teksten

Slide 11 - Slide

Wat denk jij dat het onderwerp is van de hele tekst 'veilig naar de kermis?'?
A
zweefmolens
B
veiligheid van kermisattracties
C
ernstig gewond
D
ongeluk

Slide 12 - Quiz

Wat staat behalve het onderwerp nog meer in tekst 'Veilig naar de kermis?'?
A
De aanleiding voor het schrijven van de tekst
B
een belangrijke vraag
C
een mening over het onderwerp
D
een voorbeeld bij het onderwerp geven

Slide 13 - Quiz

Wat denk jij dat het onderwerp is van de hele tekst 'De week van het zieke kind'.
A
Kindra is ziek
B
Kinderkanker
C
De week van het zieke kind
D
Kindra kan niet naar school

Slide 14 - Quiz

Wat staat behalve het onderwerp nog meer in tekst 'De week van het zieke kind'?
A
Een belangrijke vraag
B
hoe de tekst wordt opgebouwd
C
een mening geven
D
een voorbeeld bij het onderwerp geven

Slide 15 - Quiz

In de volgende slide zie je twee teksten.


Het zijn slotalinea's van een tekst.




Slide 16 - Slide

Lees de 2 teksten

Slide 17 - Slide

Welk soort slot is het slot in de tekst 'App Examengids'?
A
Een advies
B
een antwoord op de vraag uit de inleiding
C
een conclusie

Slide 18 - Quiz

Welk soort slot is het slot in de tekst 'Festival der Zoete Verleidingen'?
A
een advies
B
een conclusie
C
een samenvatting

Slide 19 - Quiz

Opdrachten maken
  • Open Lez 2.1 op Nu Nederlands online.
  • Lees eerst de theorie nog een keer door.
  • Maak opdracht 1, 2 en de examenopdracht.

Slide 20 - Slide