Arm & Rijk; binnen steden

• Aardrijkskunde
• Middelbare school
• vmbo g, t
• Leerjaar 3

Arm & rijk in Nederland

3.1 Arm en rijk binnen steden

Open lessonup

Wat gaan we doen deze les?

• Lessonup H3.1 
• Uitleg via LessonUp
  
• Opdrachten werkboek
• Buurtprofiel H1 Woningkenmerken

Wat betekent armoede volgens jou?

Waar zie je eerder armoede?

1. In wijken met veel huurwoningen
2. In wijken met veel koopwoningen

Koophuis

• Als je genoeg geld verdient kan je een huis kopen en geld lenen van de bank.
• WOZ- waarde is de waarde van de woning. Hoe duurder het huis hoe hoger de WOZ-waarde. Hoe meer belastingkosten.

Huurhuis

• Woning coropotatie (sociale woningbouw)
• Betaalbare woningen 

Een prettige leefbaarheid afhankelijk van:

• Veiligheid
• Voorzieningen

1. Sociale participatie
2. Criminaliteit
3. Veiligheid
4. Sociale controle

Een prettige leefbaarheid afhankelijk van:

• Groenvoorzieningen
• Onderhoud
• Bebouwingsdichtheid

Schrijf de vijf punten van een leefbare wijk op:

Welvaart 

Hoe gemakkelijk je kan voldoen in de behoefte aan voedsel, huisvesting, kleding, onderwijs en gezondheidszorg.

Welzijn

Of het goed gaat met je. 

Gezondheid, veiligheid etc.

Arm en rijk in de Nederlandse wijken

Kan jij dit herkennen? 

Welke arme wijken ken je in Zaanstad?

Welke rijkere wijken ken je in Zaanstad?

=Hier wonen voornamelijk mensen met een ................ inkomen?

1. Hoog
2. Gemiddeld
3. Laag

Hier wonen voornamelijk mensen met een ................ inkomen?

1. Hoog
2. Gemiddeld
3. Laag

Hier wonen voornamelijk mensen met een ................ inkomen?

1. Hoog
2. Gemiddeld
3. Laag

Hier wonen voornamelijk mensen met een ................ inkomen?

1. Hoog
2. Gemiddeld
3. Laag

Arbeiderswijk Philipsdorp 1910

Urbanisatie > Werkgelegenheid>fabrieken

Woningnood>arbeiderswijk

1. Kenmerken:
2. Kleine huizen, dicht op elkaar gebouwd
3. Smalle straten, weinig groen

Philipsdorp 1960>2000

Globalisering & Automatisering

Werkloosheid

Laag opgeleid > lage inkomens

Hoog percentage huurwoningen

Onderhoud van woningen is vaak slecht

Aan de slag

H3.1 opdracht 2, 3, en 4

10 minuten