THEMA 3 / VCA (startklas) / les 17 'elektriciteit'
Tekst
Les 17
Elektriciteit
1 / 22
next
Slide 1: Slide
NT2MBOStudiejaar 1
This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.
Lesson duration is: 60 min
Items in this lesson
Tekst
Les 17
Elektriciteit
Slide 1 - Slide
Biologische stoffen
Industriële gascilinders
Zuurstofconcentratie
Wat weet je nog?
Vorige week:
Slide 2 - Slide
Wat is geen biologische stof?
A
Compost
B
Legionella
C
Huidschilfers
D
Azijn
Slide 3 - Quiz
Als je werkt met biologische stoffen, bijvoorbeeld bij de afvalverwerking, dan moet je regelmatig een medische controle ondergaan.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 4 - Quiz
De kleur van een gasfles geeft aan welk gas erin zit.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 5 - Quiz
Bij een zuurstofpercentage onder de 18% moet je onafhankelijke ademlucht gebruiken.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 6 - Quiz
Deze week:
Elektriciteit;
Gevaren en risico's bij elektriciteit;
Oefenvragen.
Slide 7 - Slide
Wat is elektriciteit?
Stroom, elektriciteit, spanning. Iedereen heeft deze begrippen weleens gehoord, maar hoe zit dit nu eigenlijk?
Elektriciteit is een vorm van energie;
Je kunt elektriciteit omschrijven als:
De stroom die nodig is om bijvoorbeeld een lamp te laten branden of een smartphone op te laden.
Slide 8 - Slide
Slide 9 - Video
Elektriciteit
Laagspanning > minder dan 400V (bv apparaten thuis)
Hoogspanning > meer dan 1000V (bv elektrische trein)
Stroom moet kunnen geleiden, zoals in koperdraad (weinig weerstand, optimale geleiding).
Andere stoffen laten minder makkelijk stroom door, zoals rubber of plastic (veel weerstand, slechte geleiding).
Als je met elektriciteit werkt, is het dus veiliger om rubberen handschoenen en rubberen schoenzolen te dragen!
Slide 10 - Slide
Waarom is het veiliger om op een rubberen mat te staan als je met elektriciteit werkt?
A
Rubber zorgt ervoor dat je jouw handen niet verbrand bij kortsluiting
B
Het rubber geleidt stroom niet goed (weerstand is hoog). Daardoor is jouw lichaam beter beschermd tegen de elektriciteit.
Slide 11 - Quiz
Werken met elektriciteit
Werken met elektriciteit is niet zonder risico!
De risico's van stroom door het lichaam zijn o.a. afhankelijk van:
Hoogte van de spanning;
De stroomsterkte;
Tijd van de stroomdoorgang;
De weerstand van de ondergrond.
Groot risico: een elektrische schok!
Slide 12 - Slide
Slide 13 - Slide
Slide 14 - Video
Bij stroomdoorgang door het lichaam is de stroomsterkte afhankelijk van:
A
De tijd dat je wordt blootgesteld aan de spanning.
B
De weerstand van de ondergrond waar je op staat.
C
De hoogte van de smeltzekering van de installatie.
Slide 15 - Quiz
Je ziet dat de isolatie van de draad bij de stekker van de boormachine is losgeraakt. Wat doe je ?
A
Je brengt de boormachine weg voor een reparatie door een bevoegd monteur.
B
Je plakt de beschadiging af met gekleurd isolatietape.
C
Je zet er een nieuwe draad aan.
D
Niks. Je gaat aan het werk, want de klus moet af.
Slide 16 - Quiz
Risico's van elektriciteit
De combinatie elektriciteit, onoplettendheid, onachtzaamheid en onwetendheid vormen een groot risico!
Leek: iemand die niet deskundig is in de elektrotechniek.
VOP (Voldoende Onderricht Persoon): iemand die voldoende geïnstrueerd is door vakbekwame personen. Voldoende kennis om eenvoudige elektrotechnische klusjes te doen (onder toezicht). Kan kennis aantonen met bijvoorbeeld een certificaat.
VP (Vakbekwaam Persoon): een deskundige in de elektrotechniek. Kan dit aantonen met een opleiding. Kan complexe klussen uitvoeren.
Slide 17 - Slide
Welke van onderstaande maatregelen verminderen de gevaren en risico's van elektriciteit?
A
Werken in een vochtige omgeving.
B
Werken met dubbel geïsoleerd gereedschap.
C
Gebruik van rubber matten op de werkplek.
D
Werken op een metalen ladder.
Slide 18 - Quiz
Wat is geen gevaar van elektriciteit?
A
Brandwonden.
B
Elektrocutie.
C
Verstikkingsgevaar.
D
Schrikreactie.
Slide 19 - Quiz
Vanaf welke stroomsterkte kan er hartfibrillatie optreden?
A
Vanaf 5mA
B
Vanaf 20mA
C
Vanaf 25mA
D
Vanaf 30mA
Slide 20 - Quiz
Stroomsterktes van 0 tot 20mA leiden tot brandwonden.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 21 - Quiz
Je wilt een elektrisch isolerende afscherming aanbrengen. Welk materiaal is het meest geschikt?