7.4

7.4 Hoe werkt verslaving?

Vitaal burgerschap
N. den Hollander
1 / 25
next
Slide 1: Slide
BurgerschapMBOStudiejaar 1

This lesson contains 25 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

7.4 Hoe werkt verslaving?

Vitaal burgerschap
N. den Hollander

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Hoe zit je er vandaag bij?

Slide 4 - Poll

This item has no instructions

Slide 5 - Video

Je kan dit filmpje ook aan het begin laten zien en de studenten laten raden waar de les over gaat. 
Aan het eind van de les....
  • Kan je het verschil uitleggen tussen verslaving aan een middel en verslaving aan gedrag.
  • Kan je uitleggen wat belangrijke gevolgen zijn van genotmiddelen.
  • Kan je uitleggen waarom stoppen met een verslaving moeilijk is. 

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Verslaving

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Waar kan je aan verslaafd zijn?

Slide 8 - Mind map

This item has no instructions

Verslaving
-Verslaving aan middelen
-Verslaving aan gedrag

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Verslaving
-Kick 
-Craving
-Onthoudings- of ontwenningsverschijnselen
-Negatief zelfbeeld

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Drugs
  • Softdrugs 
  • Harddrugs


  • Kick 

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Je mag autorijden als je een joint hebt gerookt (net daarvoor).
A
Waar
B
Niet waar

Slide 13 - Quiz

This item has no instructions

Je mag autorijden als je een joint hebt gerookt. 

De wet zegt dat je na het roken van een joint niet mag deelnemen aan het verkeer; je bent dan onder invloed van drugs.
Je mag dus ook niet fietsen, want ook dan neem je deel aan het verkeer. Datzelfde geldt ook voor alcohol. 

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Van blowen word je rustig, dus kun je beter opletten in de klas.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 15 - Quiz

This item has no instructions

Wiet koop je bij de supermarkt.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 16 - Quiz

This item has no instructions

Wiet koop je bij de supermarkt. 
Wiet kan je officieel alleen kopen in een zogenaamde coffeeshop voor
eigen gebruik. Je moet daarvoor 18 jaar of ouder zijn! Daar word het gedoogd.

Je kunt het vaak ook bij een dealer op straat kopen. Dan ben je strafbaar. 

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Indeling Drugs
Verdovend
Opwekkende
  • Cafeïne
  • Nicotine
  • Cocaïne
  • Amfetamine
  • XTC¹
  • Anti-depressiva

Verdovend
  • Alcohol
  • Heroïne

  • Cannabis
  • Slaapmiddelen
  • Kalmerings-middelen
  • Anti-psychotica
Bewustzijnsveranderend
  • XTC²
  • Cannabis
  • LSD
  • Paddo’s
  • Lachgas

Indeling van Drugs

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Verslaving
  • Stoppen met een verslaving
  • Ontwenningsverschijnselen 

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Aan het eind van de les....
  • Kan je het verschil uitleggen tussen verslaving aan een middel en verslaving aan gedrag.
  • Kan je uitleggen wat belangrijke gevolgen zijn van genotmiddelen.
  • Kan je uitleggen waarom stoppen met een verslaving moeilijk is. 

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Noem een voorbeeld van één verslavend middel en van verslavend gedrag.

Slide 21 - Open question

This item has no instructions

Wat zijn de gevolgen van het gebruik van genotsmiddelen

Slide 22 - Open question

This item has no instructions

Waarom is stoppen met een verslaving zo lastig?

Slide 23 - Open question

This item has no instructions

Opdracht 
Maak opdr. 1  t/m 4 in je werkboek van paragraaf 7.4. 
Zie blz. 236 t/m 239

Slide 24 - Slide

This item has no instructions

Afsluiting
-Wat vond je?
-Volgende week


Slide 25 - Slide

This item has no instructions