Ch 6/7 plaats vh bijv.nw. en à/de + bep. lw.

1 / 15
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

This lesson contains 15 slides, with text slides and 1 video.

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Le programme d'aujourd'hui
  • korte herhaling van faire, klok en passé composé
  • presentaties: plaats van het bijvoegelijk naamwoord

                                    à of de + le, la, l' en les

  • oefeningen maken
  • evt. tijd om te werken aan de laatste presentaties of te leren
  • denken jullie aan de kwisvragen???

Slide 2 - Slide

Lesdoelen
  • je kent de vervoegingen van faire uit je hoofd
  • je kent de kloktijden
  • je weet hoe je een zin in de passé composé zet
  • je begrijpt de uitleg  van de bnw en de voorzetsels à/de

Slide 3 - Slide

Faire: 3 minuten

Schrijf op je blaadje alle vormen van faire, óók het voltooid deelwoord.

Vul in in de tegenwoordige tijd:

  1.  Mme Swart............................. de la natation.
  2. Avec mes amis, je......................... aussi du ski.
  3. Et vous, qu'est-ce que vous............................?

Slide 4 - Slide

Zet de zin in de passé composé

( 3 minuten)

  1. Vous adorez votre prof d'anglais?
  2. Tu manges une glace?
  3. Ils aiment faire du ski.
  4. Je fais du vélo.

Slide 5 - Slide

Kloktijden (3 min.)

Schrijf in het Frans op hoe laat het is:

  1. Het is kwart over zeven.
  2. Het is vijf voor half elf.
  3. Het is tien voor vier.
  4. Het is kwart voor zes.
  5. Het is vijf over een.

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Antwoorden

Faire: 1. fait - 2. fais - 3. faites

Passé composé: 1. Vous avez adoré- 2. Tu as mangé - 3. Ils ont aimé - 4. J'ai fait

Kloktijden: 1. Il est sept heures et quart - 2. Il est une heure vingt-cinq - 3. Il est quatre heures moins dix - 4. Il est six heures moins le quart - 5. Il est une heure cinq

Slide 8 - Slide

Presentaties
  • de plaats van het bijvoeglijk naamwoord
  • à/de + het bepaalde lidwoord

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Video

Bijv. naamw vóór het znw!

beau         vieux              grand           gros


jeune                  long                      haut


mauvais                  nouveau                      joli


bon                        premier                     petit

Slide 11 - Slide

Au travail hv

Bijvoeglijk naamwoord:

livre de textes p. 96

livre d'exercices: Révise p. 95! En op p. 96/97:

                                     Ex. 13, 14, 15 (doen voor de bonus op PW!)

à / de + l'article:

livre de textes p. 102

livre d'exercices: p. 112 e.v.: ex. 31 en 32


Slide 12 - Slide

Au travail v

Bijvoeglijk naamwoord:

livre de textes p. 96

livre d'exercices: Révise p. 96! En op p. 97, 98, 99:

                                     Ex. 13, 14, 15 (doen voor de bonus op PW!)

à / de + l'article:

livre de textes p. 102

livre d'exercices: p. 110 e.v.: ex. 30, 31 en 32

Slide 13 - Slide

Les devoirs

Leren de grammatica:

plaats van het bijvoeglijk naamwoord +

voorzetsels 'à' en 'de' gevolgd door een bepaald lidwoord


Eigen verantwoordlijkheid: exercices maken, oefenen! Vragen wat je nog niet begrijpt.

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide