What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
grammatica werkwoorden woordsoorten
3 verschillende werkwoorden
- hulpwerkwoord (HWW)
- zelfstandig werkwoord (ZWW)
- koppelwerkwoord (KWW)
1 / 13
next
Slide 1:
Slide
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
This lesson contains
13 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
3 verschillende werkwoorden
- hulpwerkwoord (HWW)
- zelfstandig werkwoord (ZWW)
- koppelwerkwoord (KWW)
Slide 1 - Slide
Zelfstandig werkwoord (ZWW)
- heeft een duidelijke betekenis in de zin
- geeft de handeling/actie aan (is een doe-woord)
Als er meerdere werkwoorden in de zin staan, dan staat het ZWW meestal achteraan
Slide 2 - Slide
Voorbeeld
Geert heeft de voordeur van het huis
geschilderd.
Jan
voetbalt
dagelijks op het veldje.
Slide 3 - Slide
Koppelwerkwoord (KWW)
- zit er geen werkwoord met een duidelijke betekenis in de zin, dan moet het wel een KWW zijn (want: in een zin zit of een ZWW of een KWW)
- een koppelwerkwoord is een
zijn-woord
Je kunt het werkwoord vervangen door zijn/worden of blijven
Slide 4 - Slide
Koppelwerkwoord (KWW)
- vorm van:
Zijn
(heten)
Worden
(dunken)
Blijven
(voorkomen)
Blijken
Lijken
Schijnen (ezelsbruggetje: ZWaBBeLS)
Slide 5 - Slide
Voorbeeld
Frits
is
ziek.
Frits
blijft
ziek.
Frits
wordt
ziek.
De serie
wordt
steeds spannender.
De serie
is
steeds spannender.
Slide 6 - Slide
Koppelen
KWW koppelt aan onderwerp een eigenschap;
Onderwerp = iets (ZNW/BNW)
Vergelijk:
De tentoonstelling
is erg mooi.
De tentoonstelling
is
gisteren
afgerond.
Slide 7 - Slide
Checklist KWW
- zit er een vorm van ZWaBBeLS in de zin?
- is/blijft/wordt etc. het onderwerp IETS? (is het een zijn-woord?)
- is eigenschap (IETS) een znw of bnw?
- kan ik het vervangen door een werkwoord van zijn/worden/blijven.
JA = KWW
Slide 8 - Slide
Hulpwerkwoord (HWW)
Alle werkwoorden die nog over zijn, zijn hulpwerkwoorden
Kenmerken:
- komen voor in een zin met meerdere werkwoorden
- helpen het gezegde te maken
Slide 9 - Slide
Lodewijk heeft de fiets gerepareerd.
Gerepareerd = ???
A
hulpwerkwoord
B
zelfstandig werkwoord
C
koppelwerkwoord
Slide 10 - Quiz
De winkel blijft twee weken dicht.
Blijft = ???
A
hulpwerkwoord
B
zelfstandig werkwoord
C
koppelwerkwoord
Slide 11 - Quiz
Romy blijft vannacht logeren.
Blijft = ???
A
hulpwerkwoord
B
zelfstandig werkwoord
C
koppelwerkwoord
Slide 12 - Quiz
Doel
Ik weet wat een zelfstandig werkwoord
Ik weet wat een hulpwerkwoord is
Ik weet wat een koppelwerkwoord is
Slide 13 - Slide
More lessons like this
grammatica werkwoorden woordsoorten
November 2021
- Lesson with
14 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
grammatica werkwoorden woordsoorten
November 2020
- Lesson with
18 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
grammatica werkwoorden woordsoorten
March 2022
- Lesson with
24 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
Grammatica woordsoorten H2
November 2022
- Lesson with
29 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
Soorten werkwoorden
March 2023
- Lesson with
12 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
Lezen blok 4 + grammatica
January 2022
- Lesson with
20 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
Woordsoorten herhaling: werkwoorden en dubbel-op
February 2021
- Lesson with
30 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
NOG NIET AFGrammatica: koppelwerkwoorden
December 2023
- Lesson with
28 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo k, g, t, mavo
Leerjaar 2,3