M1 3.5 Het weer in Nederland

Een ander woord voor weerkundige is ...
A
Weeroloog
B
Meteoroloog
C
Geoloog
D
Vulkanoloog
1 / 11
next
Slide 1: Quiz

This lesson contains 11 slides, with interactive quizzes.

Items in this lesson

Een ander woord voor weerkundige is ...
A
Weeroloog
B
Meteoroloog
C
Geoloog
D
Vulkanoloog

Slide 1 - Quiz

Het KNMI staat voor
A
Koninklijk Nederlands Meteorologisch Instituuut
B
Koninklijk Nationaal Meteorologisch Instituut

Slide 2 - Quiz

Welke is geen weerelement?
A
Neerslag
B
Klimaat
C
Wind
D
Temperatuur

Slide 3 - Quiz

In het Oosten van Nederland is het in de zomer gemiddeld warmer dan in het Westen
A
juist
B
onjuist

Slide 4 - Quiz

In gebieden met veel heuvels valt meer neerslag dan in vlakke gebieden
A
juist
B
onjuist

Slide 5 - Quiz

In steden valt minder neerslag dan op het platteland
A
juist
B
onjuist

Slide 6 - Quiz

De wind waait in ons land vooral uit het ..
A
noorden
B
oosten
C
zuiden
D
westen

Slide 7 - Quiz

De wind neemt af naarmate je meer het binnenland in gaat
A
juist
B
onjuist

Slide 8 - Quiz

Dikke mist met veel vervuilende stoffen daarin noem je ...
A
heiïg
B
nevel
C
smog
D
rook

Slide 9 - Quiz

De kans op een "witte kerst" is bij ons ....
A
groot
B
niet zo groot

Slide 10 - Quiz

In Limburg is het warmer dan in Groningen. Dit komt door de ....
A
hoogteligging
B
overheersende westenwind
C
breedteligging
D
ligging aan de Noordzee

Slide 11 - Quiz