1.1 Landschappen in soorten en maten

• Aardrijkskunde
• Middelbare school
• vmbo t, havo
• Leerjaar 2

§1.1 Landschappen in soorten en maten 

Lesdoelen

1. Je kent de verschillen tussen een natuur- en een ingericht landschap en tussen een jong en een oud gebergte.
   
2. Je begrijpt hoe gebergten en laagvlakten ontstaan.
   
3. Je kunt met de atlas bepalen of een gebied een gebergte of een laagvlakte is.

Natuurlandschap            

Ingerichte landschap

Telefoontjes mogen weer weg!

Bestaat er eigenlijk nog wel in Nederland of in dee wereld landschap dat nog niet is ingericht 

Dubai is een mooi voorbeeld voor landschapsverandering en wat een mens kan doen

Natuurlandschap?

Natuurlandschap?

Ingericht landschap

Natuurlandschap

Gebergten

Stapel papier, teken op de eerste velletjes: water en bodem 

Gebergten kunnen op verschillende manieren ontstaan. De aardkorst bestaat uit verschillende platen. Deze platen kunnen tegen elkaar aan botsen (dus gaan naar elkaar toe). Wanneer deze tegen elkaar aan botsen zullen de randen gaan plooien.

Bergen

- Onstaan door het bewegen van aardkorstplaten. 

- Worden tegen elkaar aangeduwd en duwen elkaar omhoog. 

- Gesteente op de bodem komen 

uiteindelijk hoog in de berg.

Hooggebergten 

• Hooggebergte  >1500m 
• Scherpe toppen en diepe dalen 
• Jonge bergen
• Veel verwering en erosie 
• Himalaya 

Scherpe toppen en diepe dalen, teken dit op het bord voor de verduidelijking.

Op de achtergrond is de Himalaya te zien vanuit India. Deze foto is recent genomen omdat door de coronamaatregelen in India minder smog vorming is. Hierdoor is de lucht minder vervuild en de zicht veel beter. Mensen die hier wonen konden sinds 30 jaar weer de berg zien 

Jong gebergte

• Scherpe toppen.
• Hoge toppen.
• Diepe dalen.
• = Hooggebergten

Oud gebergte

• Afgesleten toppen
• Laag gebergte
• Geen scherpe toppen
• Vlaktes

www.bing.com

jong gebergte herken je door...

1. Dit is een jong gebergte
2. Dit is een oud gebergte
3. Ik heb geen idee

Van bergen naar laagland

Een laaggelegen en vlak gebied heet een laagvlakte.

De benedenloop van de rivier stroom door de laagvlakte. .

Een laaggelegen en vlak gebied heet een laagvlakte

Door de laagvlakte stroomt de benedenloop an de rivier.

hoogteverschillen in het landschap

We hebben een indeling:

• laagland ( 0-200m)
• heuvelland (200 - 500m)
• middelgebergte (500 - 1500m)
• hooggebergte (hoger dan 1500m)

Begeleid inoefenen

Opdracht 3 werkboek

Zelfstandig werken

Opdracht 1,2,3,5

Lesdoelen

1. Je kent de verschillen tussen een natuur- en een ingericht landschap en tussen een jong en een oud gebergte.
   
2. Je begrijpt hoe gebergten en laagvlakten ontstaan.
   
3. Je kunt met de atlas bepalen of een gebied een gebergte of een laagvlakte is.

Pak je agenda

Noteer het huiswerk:

- Lees §1.1 (Blz. 8 en 9)

- Maak de bijhorende opdrachten 1, 2, 3, 5