Lidwoorden

Articles - lidwoorden
1 / 14
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 15 min

Items in this lesson

Articles - lidwoorden

Slide 1 - Slide

Articles
Lidwoorden

Wanneer je in het Nederlands de of het voor een zelfstandig naamwoord zet, gebruik je in het Engels the

Wanneer je in het Nederlands een voor een zelfstandig naamwoord zet, gebruik je in het Engels a of an

Slide 2 - Slide

Lidwoord a/an/the
 een ..........: a / an
de / het ..........: the

een tafel - a table           een ei - an egg
de tafel - the table          het ei - the egg



 

Slide 3 - Slide

Lidwoord a/an
a gebruik je voor woorden die beginnen met een medeklinker:

a pet               a teacher           a bycicle
a car                  a door               a room
 

Slide 4 - Slide

Lidwoord a/an
an gebruik je voor woorden die beginnen met een klinker:

an ear            an investigation         an officer
an apple            an Englishman          an answer
 

Slide 5 - Slide

Let op!
De keuze voor a of an hangt niet af van de (mede)klinker op papier, maar of je hemt hoort.

Soms schrijf je een -h maar hoor je hem niet -> dan gebruik je an.

Soms schrijf je een -u, maar hoor je een -j of -h -> dan gebruik je a.


 

Slide 6 - Slide

Voorbeelden
je schrijft de medeklinker wel maar hoort hem niet

  • an hour  (je hoort our) = een uur
  • an honor (je hoort onour) = de eer
  • a university (je hoort juniversity) = de universiteit
  • a uniform (je hoort juniform) = het uniform
  • a European (je hoort jeuropean) = de Europeaan

Slide 7 - Slide

a of an?
..... banana
A
a
B
an

Slide 8 - Quiz

a of an?
.... artwork
A
a
B
an

Slide 9 - Quiz

a of an?
..... house
A
a
B
an

Slide 10 - Quiz

a of an?
.... apple
A
a
B
an

Slide 11 - Quiz

a of an?
.... uniform
A
a
B
an

Slide 12 - Quiz

a of an?
.... university
A
a
B
an

Slide 13 - Quiz

Do you know how to use articles now in English?
😒🙁😐🙂😃

Slide 14 - Poll