This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.
Lesson duration is: 50 min
Items in this lesson
8.1 over de grens
Slide 1 - Slide
Wat gaan we doen?
--> Uitleg over import en export.
--> Opdrachten maken.
--> Herhaling van de les.
Slide 2 - Slide
Leerdoelen
- -> Ik kan de voor- en nadelen van import en export benoemen.
Slide 3 - Slide
Wanneer je een telefoonhoesje koopt bij Ome Aliexpress, waar gaat dan het telefoonhoesje naartoe?
Vraag
A
Nederland
B
China
Slide 4 - Quiz
Wanneer je een telefoonhoesje koopt bij Ome Aliexpress, waar gaat dan het geld naartoe?
Vraag
A
Nederland
B
China
Slide 5 - Quiz
Import
Import (invoer) = het kopen van producten of diensten in het buitenland
Slide 6 - Slide
Slide 7 - Video
Wat kan een voordeel zijn van import voor Nederlandse consumenten.
Slide 8 - Open question
Wat zijn redenen om te importeren?
A
Goedkopere prijs
B
Betere kwaliteit van het product
C
De grondstoffen zijn er niet in je eigen land.
D
Het klimaat is beter in een ander land voor het product.
Slide 9 - Quiz
Wanneer Nederland kaas verkoopt aan Duitsland. Waar gaat dan het geld naartoe?
Vraag
A
Nederland
B
Buitenland
Slide 10 - Quiz
Wanneer Nederland kaas verkoopt aan Duitsland. Waar gaat dan de kaas naartoe?
Vraag
A
Nederland
B
Buitenland
Slide 11 - Quiz
Export
Export (uitvoer) = het verkopen van producten of diensten aan het buitenland
Slide 12 - Slide
Waarom zorgt veel export in NL ervoor dat bedrijven meer winst maken?
Slide 13 - Open question
Waarom zorgt veel export in NL ervoor dat er meer werk is in NL?
Slide 14 - Open question
Open en gesloten economie
Bij een open economie gaan wordt er veel gehandeld met het buitenland.
Wat is dan een gesloten economie?
Wat heeft Nederland dan?
Slide 15 - Slide
Handelsbalans NL
Export <-> Import
Waarde van de export - de import =
saldo handelsbalans
Slide 16 - Slide
handelsbalans
De handelsbalans (of goederenbalans) geeft een overzicht van de exportwaarde en de importwaarde van goederen. Het verschil tussen de export- en importwaarde noem je het saldo van de handelsbalans.
Slide 17 - Slide
Wat hebben de blauwe landen gemeen?
Slide 18 - Slide
Zelfstandig werken
Het huiswerk voor woensdag 14 juni: maken 8.1, 1 t/m 5 en 7 t/m 11.
Rustnig overleggen met de buurma of buurvrouw mag.
(Als het te onrustig is, een stilteblok)
Je krijgt hier ongeveer tot 15 minuten tot het einde van de les.
Slide 19 - Slide
EMU
Naast de EU (Europese Unie) heb je ook de EMU (Europese Monetaire Unie)
De EMU zijn de landen die ook dezelfde munteenheid (de Euro) hebben.
Slide 20 - Slide
Rekentrainer
Rekenen met vreemd geld.
Voor elk soort geld is er een wisselkoers.
Van € naar $
€ bedrag : koers = $ bedrag
Van $ naar €
$ bedrag x koers = € bedrag
Maak in je boek de rekentrainer: pagina 131
Paragraaf 8.1 wisselkoersen
Slide 21 - Slide
Sleep de gebeurtenissen in het juiste vak.
import
export
Ik ben op vakantie in Frankrijk.
DSM verkoopt plastic aan Duitsland.
Een zakenman uit de VS logeert in het Amstel Hotel.