les 13

Les 13
leerdoelen
herhaling 
H3. 3.3 Soortelijke warmte c en warmtestroom P 
werken/vragen stellen


1 / 12
next
Slide 1: Slide
NatuurkundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

This lesson contains 12 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Les 13
leerdoelen
herhaling 
H3. 3.3 Soortelijke warmte c en warmtestroom P 
werken/vragen stellen


Slide 1 - Slide

Leerdoelen vorige les
-ik kan de begrippen trillingsenergie, bewegingsenergie, verdampen, condenseren, geleiding, stroming, straling, soortelijke warmte, warmtetransport, warmtestroom, warmtegeleidingscoefficient beschrijven en toepassen.
-Ik kan de drie fasen van een stof beschrijven met het deeltjes model.
- ik kan met het deeltjesmodel uitleggen waardoor warmtetransport door geleiding en stroming optreedt.
- ik kan uitleggen waardoor goede elektriciteitsgeleiders ook goede warmtegeleiders zijn.
- ik kan beschrijven van welke factoren de warmtestroom door een wand afhangt.

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

herhaling/voorkennis
Heeft de isolatie van de spouwmuur een grote of kleine warmtegeleidingscoefficient?

Slide 4 - Slide

voorbeeld voorkennis
opgave Aerogel (werkblad) 15 minuten

Slide 5 - Slide

Leerdoelen vandaag
- ik kan voorbeelden geven van isolatiematerialen en uitleggen waardoor deze materialen de warmtestroom door de wanden ramen van een woning kleiner maken.
ik kan voorbeelden geven van de drie soorten warmteverlies die optreden bij een woning.
- ik kan met het deeltjesmodel uitleggen welk verband er is tussen de massa van de deeltjes en de dichtheid en soortelijke warmte van vaste stoffen en vloeistoffen.
- Ik kan vraagstukken waarin soortelijke warmte als stofeigenschap een rol speelt oplossen met Q=c∙m∙∆T.

Slide 6 - Slide

Soortelijke warmte

Slide 7 - Slide

Soortelijke warmte aantekening

Slide 8 - Slide

Soortelijke warmte vb 1
Welke stof heeft een grotere soortelijke warmte: een stof die snel afkoelt of een stof die langzaam afkoelt?
Leg je antwoord uit.

Slide 9 - Slide

Soortelijke warmte vb 2
Je hebt een pan van 600 g. Deze pan is gemaakt van ijzer. In de pan doe je 1,5 L water (m = 1,5 kg) van 5 °C. De pan staat al een hele tijd in de kamer waarin het 20 °C is. Je gaat nu het water in de pan koken.
a Hoeveel energie kost het om het water aan de kook te brengen?
b Hoeveel energie kost het om de pan een temperatuur van 100 C te geven?
De pan en het deksel hebben een totale oppervlakte van 0,65 m2. De dikte van het staal is 2,0 mm.
c Hoeveel energie verlies je per seconde via de pan op het moment dat het water kookt?

Slide 10 - Slide

Leerdoelen vandaag
- ik kan voorbeelden geven van isolatiematerialen en uitleggen waardoor deze materialen de warmtestroom door de wanden ramen van een woning kleiner maken.
ik kan voorbeelden geven van de drie soorten warmteverlies die optreden bij een woning.
- ik kan met het deeltjesmodel uitleggen welk verband er is tussen de massa van de deeltjes en de dichtheid en soortelijke warmte van vaste stoffen en vloeistoffen.
- Ik kan vraagstukken waarin soortelijke warmte als stofeigenschap een rol speelt oplossen met Q=c∙m∙∆T.

Slide 11 - Slide

leerdoelen invullen
werken aan opgaven en vragen stellen

Slide 12 - Slide