What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
tijdvak 7 Franse revolutie
3. [K] Hieronder staan twee zinnen over NL in de 18e eeuw.
I. Het ging steeds beter met de Nederlandse economie.
II. De bevolking van steden nam toe in Nederland
A
I en II zijn waar
B
I en II zijn niet waar
C
I= waar; II= niet waar
D
I= niet waar; II= waar
1 / 22
next
Slide 1:
Quiz
Geschiedenis
Middelbare school
vmbo g
Leerjaar 2
This lesson contains
22 slides
, with
interactive quizzes
and
text slide
.
Lesson duration is:
45 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
3. [K] Hieronder staan twee zinnen over NL in de 18e eeuw.
I. Het ging steeds beter met de Nederlandse economie.
II. De bevolking van steden nam toe in Nederland
A
I en II zijn waar
B
I en II zijn niet waar
C
I= waar; II= niet waar
D
I= niet waar; II= waar
Slide 1 - Quiz
Standenmaatschappij
boeren & burgers
adel
geestelijken
Slide 2 - Drag question
Nederland is een democratie.
Wat betekent democratie?
A
De koning regeert
B
Het kabinet regeert
C
God regeert
D
Het volk regeert
Slide 3 - Quiz
Handel in Amsterdam
Slide 4 - Slide
Deze afbeelding reflecteert de economie in de 18e eeuw in de Republiek
A
wel
B
niet
Slide 5 - Quiz
De Franse Revolutie begon in
A
1748
B
1776
C
1789
D
1795
Slide 6 - Quiz
17e eeuw
18e eeuw
De Republiek was rijk
De Republiek was arm
De rijken leefden in buitenhuizen
rijk door handel van VOC
mensen gingen lenen bij rijken
De steden groeiden
Er waren vaak kleine opstootjes
De economie groeide
Minder handel
Slide 7 - Drag question
Wat was hoofdoorzaak van de Franse revolutie?
A
Ongelijkheid tussen de standen
B
De Fransen waren jaloers op de welvaart van de Republiek
C
De adel wilde Lodewijk XVI weg hebben
D
De geestelijkheid wilde dat de koning belasting ging betalen
Slide 8 - Quiz
Zet de gebeurtenissen in
de juiste volgorde van
oud (boven) naar nieuw (onder)
Lodewijk XVI roept de Staten-Generaal bijeen.
De Nationale Vergadering maakt een grondwet.
De opstand slaat over naar de rest van Frankrijk
Napoleon wordt keizer van Frankrijk
Lodewijk XIV houdt zijn edelen bezig op Versailles
Slide 9 - Drag question
Sleep de zinnen naar het goede vak: Past wel of niet bij Frankrijk voor de Franse Revolutie.
Past wel bij Frankrijk voor de Franse Revolutie
Past niet bij Frankrijk voor de Franse Revolutie
De meeste Franse waren arm
98% van de Fransen hoorde bij de eerste stand,
Edelen betaalden geen belasting
Frankrijk was een standensamenleving
Frankrijk was een republiek
Slide 10 - Drag question
Hiernaast zie je een spotprent over de standenmaatschappij in Frankrijk. Een man staat gebukt en op zijn rug zitten twee andere mannen.
Sleep de standen naar de juiste man in de afbeelding.
1
2
3
Slide 11 - Drag question
geef met een beeldelement
aan waarom de onderste
man bij de derde stand
hoort.
Slide 12 - Open question
Patriotten waren
A
voor de burgers en democratie
B
voor de standenmaatschappij
C
voor de macht van de koning
D
tegen de macht van de koning
Slide 13 - Quiz
Herhaling: Bij welke kenmerkende aspecten horen de voorbeelden?
De opkomst van de stedelijke burgerij en de toenemende zelfstandigheid van steden.
Het begin van staatsvorming en centralisatie
Stichting van de Nederlandse staat
De bijzondere plaats van de Republiek
De verlichting
Privileges
Meepraten over bestuur in Staten Generaal
Gewetensvrijheid
Recht om vorst af te zetten als deze de rechten van de burgers niet respecteert
Stadsrechten
Volkssoevereiniteit
Grondwet
Grondrechten
Godsdienstvrijheid
Iedereen is gelijk
Kiesrecht
Tijdvak 4
Tijdvak 5
Tijdvak 6
Tijdvak 7
Slide 14 - Drag question
Plaats de volgende (delen van )kenmerkende aspecten in chronologische volgorde
De opstand en het ontstaan van een
onafhankelijke Nederlandse staat
Slavenarbeid op plantages en opkomst
van het abolitionisme
Het ontstaan van landbouw en landbouwsamenlevingen
sociaal- culturele veranderingen en toenemende pluriformiteit
Slide 15 - Drag question
De tijd van pruiken en revoluties
Slide 16 - Drag question
Patriotten
A
Franse Revolutie
B
Bataafse revolutie
Slide 17 - Quiz
Wie zijn de patriotten?
A
Aanhangers van de verlichting die vonden dat de regenten te veel macht hadden
B
Aanhangers van de verlichting die vonden dat men in Nederland Frans moest spreken
C
Regenten die vonden dat de stadhouder te veel macht had
D
Regenten die vonden dat de koning te veel macht had
Slide 18 - Quiz
Onder welk bestuur, kreeg Nederland een democratische grondwet en eenheidsstaat?
A
Willem V
B
Lodewijk XIV
C
Napoleon
D
Bataafse republiek
Slide 19 - Quiz
1789
1795
1805
1815
Napoleon wordt verslagen.
Bataafse Republiek 2.0
Bestorming van Bastille
Lodewijk XIV wordt onthoofd door de Guillotine
Bataafse Republiek wordt opgeheven
Slide 20 - Drag question
welk begrip hoort bij de omschrijving:
"beweging voor de afschaffing van slavenhandel en slavernij."
Slide 21 - Open question
Welk land had als laats de slavernij overal afgeschaft?
Slide 22 - Open question
More lessons like this
1.3 Revolutie in Nederland
December 2018
- Lesson with
19 slides
Geschiedenis
Middelbare school
vmbo, mavo
Leerjaar 2
tijdvak 7 Franse revolutie
September 2022
- Lesson with
22 slides
Geschiedenis
Middelbare school
vmbo g
Leerjaar 2
Oefentoets H2 Pruiken en Revoluties
15 days ago
- Lesson with
40 slides
Geschiedenis
Middelbare school
mavo
Leerjaar 2
1. Een oneerlijke verdeling
December 2018
- Lesson with
23 slides
Geschiedenis
Middelbare school
vmbo, mavo, havo, vwo
Leerjaar 2
Oefentoets H2 Pruiken en Revoluties
October 2024
- Lesson with
40 slides
Geschiedenis
Middelbare school
mavo
Leerjaar 2
Tijdvak 7 Pruiken en revoluties Les 3: De Bataafse revolutie
25 days ago
- Lesson with
30 slides
Mens & Maatschappij
Middelbare school
vmbo b, k, t
Leerjaar 2
Tijdvak 7 Pruiken en revoluties Les 3: De Bataafse revolutie
10 days ago
- Lesson with
30 slides
Mens & Maatschappij
Middelbare school
vmbo b, k, t
Leerjaar 2
oefentoets blok 1 Frankrijk KGT
October 2023
- Lesson with
21 slides
Mens & Maatschappij
Middelbare school
vmbo k, g, t, mavo
Leerjaar 2