C. Zahlen 0 - 20, Fragewörter, Maulwurf

Film & Fragen
Wer kennt dieses Buch? 
Wer kann den Titel übersetzen?

Lernziel (lesdoel):
Je kunt het onderwerp van een korte kijk-/luistertekst bepalen.
Na de film volgen vragen ...
1 / 17
next
Slide 1: Slide
DuitsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Film & Fragen
Wer kennt dieses Buch? 
Wer kann den Titel übersetzen?

Lernziel (lesdoel):
Je kunt het onderwerp van een korte kijk-/luistertekst bepalen.
Na de film volgen vragen ...

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Video


Wer hat es gemacht?
Hans-Heinrich, der ...
A
Bäckershund (hond vd bakker)
B
Gemüsehändlershund (hond vd groenteboer)
C
Metzgershund (hond vd slager)
D
Arzthund (hond vd dokter)

Slide 3 - Quiz

die Tiere
die Kuh
die Hase
die Ziege
das Schwein
das Pferd
der Hund
die Taube

Slide 4 - Drag question

Denkvraag ...
                             Biologische regel
                             heb je al geleerd. 

Kun je nog  een regel bedenken voor:
de 3 die-vrouwelijke woorden?

Slide 5 - Slide

... Tante
A
die-vrouwelijk
B
das-onzijdig
C
der-mannelijk

Slide 6 - Quiz

... Stier
A
die-vrouwelijk
B
das-onzijdig
C
der-mannelijk

Slide 7 - Quiz

... karte
A
die-vrouwelijk
B
das-onzijdig
C
der-mannelijk

Slide 8 - Quiz

... Buch
A
die-vrouwelijk
B
das-onzijdig
C
der-mannelijk

Slide 9 - Quiz

... Mutter
A
die-vrouwelijk
B
das-onzijdig
C
der-mannelijk

Slide 10 - Quiz

... Baby
A
die-vrouwelijk
B
das-onzijdig
C
der-mannelijk

Slide 11 - Quiz

...Grenze
A
die-vrouwelijk
B
das-onzijdig
C
der-mannelijk

Slide 12 - Quiz

... Vater
A
die-vrouwelijk
B
das-onzijdig
C
der-mannelijk

Slide 13 - Quiz

Lesdoelen bereikt?
Ik begrijp de grote lijnen van een kijk-/luisterfragment.
Ik kan de vraagwoorden begrijpen en gebruiken.
Ik kan van 0 - 20 in het Duits tellen!
😒🙁😐🙂😃

Slide 14 - Poll

Und jetzt ...

Blooket:

* Wörterliste A
* Wörterliste B
* Zahlen 0 - 20

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Link

FRAGEWÖRTER wiederholen ...
wie
was
wer
woher
warum
wo
wohin
welche
wann
wie
hoe
waar
wat
waarheen
welke
waarom
waar vandaan
wanneer

Slide 17 - Drag question