This lesson contains 10 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
Slide 1 - Slide
Planning:
Korte herhaling vorige week
Bespreken huiswerkopgaves 3,4,5
Start maken opgaves werkblad.
Slide 2 - Slide
Schrijf in eigen woorden op wat het 'rendement van een apparaat' betekent.
Slide 3 - Open question
Met welke formule(s) kun je het rendement van een apparaat berekenen?
Slide 4 - Poll
Slide 5 - Slide
Opgave 3
1 m3 aardgas levert bij verbranding 32 MJ warmte.
a. Bereken hoeveel MJ daarvan nuttig wordt gebruikt in een ouderwetse cv-ketel (n= 75%)
b. Bereken hoeveel MJ daarvan nuttig wordt gebruikt in een moderne hr-ketel (n=93%)
Slide 6 - Slide
Opgave 4
a. van welke energiebron maakt een zonnecel gebruik?
b. welk soort energie levert die energiebron?
c. welke nuttige energie geeft een zonnecel af?
Slide 7 - Slide
Opgave 5
Bereken het rendement van de energieomzetting in de elektriciteitscentrale.
Slide 8 - Slide
Werkblad
Vraag A is het makkelijkst loopt op in moeilijkheidsgraad naar vraag C.
Je mag opgaves maken met oortjes in.
Zelfstandig werken wordt aangemoedigd, volgende week moet je het ook alleen doen.
Heb je een vraag? Steek je hand op!
Morgen Bespreken opgaves werkblad bladzijde 1 en 2
Side note: aan het einde van de les mag je het werkblad terug inleveren dan zal ik het voorzien van feedback.
Slide 9 - Slide
Werkblad blz 3 vraag B.
Een waterkoker met een vermogen van 1000 W en een rendement van 85% wordt gebruikt om 1 kg water (20 °C) te verwarmen tot 40 °C. De soortelijke warmte van water is 4,186 J/g∙°C.