4.1 t/m 4.5

Herhaling 4.1 t/m 4.5
investeringsbegroting
1 / 22
next
Slide 1: Slide
BedrijfseconomieMBOStudiejaar 1

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Herhaling 4.1 t/m 4.5
investeringsbegroting

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Wat weet jij nog van de vorige lessen??

Slide 2 - Mind map

This item has no instructions

Planning
Leerdoelen
Herhaling §4.1 t/m §4.5
Afsluiting
Check out

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Vaste activa 
Vlottende activa 
Liquide middelen

Slide 4 - Drag question

This item has no instructions

Activa
Vaste activa (langer dan een jaar)
Vlottende activa (korter dan een jaar)
Liquide middelen (geld direct beschikbaar)

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Een bedrag dat een persoon aan een ondernemer moet betalen voor zijn klantenkring noem je:
A
Debiteur
B
Goodwill
C
Liefdadigheid
D
Extraatje

Slide 6 - Quiz

This item has no instructions

Piet neemt de camping over van Europampings. De bezittingen schat Piet op €760.000,-. De schulden van de camping zijn €450.000,- en Eurocampings vraagt een bedrag van €400.000,-. Bereken de goodwill die Piet moet betalen.

Slide 7 - Open question

This item has no instructions

Goodwill 
Overname van bedrijf
Je betaalt voor de reputatie van een ander

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Welke formules zijn juist voor het bereken van de gemiddelde voorraad?
A
B
C
D

Slide 9 - Quiz

This item has no instructions

Gemiddelde voorraad
zonder voorraad kan je niks verkopen
je investeert dus elke keer in deze producten

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

De omzet inclusief btw is €420.000,-. Hiervan is 20% op rekening. Debiteuren krijgen 1 maand krediet. Wat is het gemiddeld debiteuren saldo?
A
12184000=7000
B
121420000=35000
C
52484000=6461,54
D
524420000=32307,69

Slide 11 - Quiz

This item has no instructions

gemiddeld debiteurensaldo
Klant die goederen heeft afgenomen, maar nog niet heeft betaald.
§4.4 voor berekeningen
Voorbeeld: Afterpay

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

37. Cees heeft een aantal malen het debiteurensaldo opgenomen
1 jan: €23.650,- 1 Apr: €25.890,- 1 juli: €45.620,- 1 Okt: €33.450,- 31 Dec: €25.600,-
Bereken het gemiddelde debiteurensaldo voor Cees.
A
77105
B
32396,25
C
30842
D
35156,75

Slide 13 - Quiz

This item has no instructions

Voor het vergelijken van cijfers wordt vaak gedaan door een ...
A
Vergelijking
B
Rekenmachine
C
Excel
D
Kengetal

Slide 14 - Quiz

This item has no instructions

Omzetsnelheid tegen verkoopprijzen 
Omzetsnelheid tegen inkoopprijzen 
Omzetsnelheid tegen voorraad
Omzet
Afzet
IWO
Gemiddelde voorraad tegen inkoopprijzen
Gemiddelde voorraad tegen Verkoopprijzen
Gemiddelde voorraad in stuks

Slide 15 - Drag question

This item has no instructions

Op welke manieren kan je de omzetsnelheid verhogen?
A
Meer producten inkopen
B
producten goedkoper maken
C
Producten duurder maken
D
Minder producten inkopen

Slide 16 - Quiz

This item has no instructions

Wat is de omzetduur?
A
Hoelang het duur om de hele voorraad te verkopen
B
Hoelang het duurt om de halve voorraad te verkopen
C
Hoelang het duurt om de gemiddelde voorraad te verkopen
D
Hoelang het duurt om de bedorven voorraad te verkopen

Slide 17 - Quiz

This item has no instructions

omzetsnelheid en omzetduur
Hoe snel verkoop je de producten
of
Hoe vaak kan de ondernemer dezelfde euro investeren tijdens een bepaalde periode. 

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Investeringen

Slide 19 - Mind map

welke investeringen doet een bedrijf allemaal?
Heb je nog tips of tops van deze les?

Slide 20 - Open question

This item has no instructions

Wat wil jij nog veranderd hebben in de online les?

Slide 21 - Open question

This item has no instructions

Afsluiting
Alle opdrachten in studiewijzer

TEAMS opdrachten (vanaf volgende week)

Slide 22 - Slide

This item has no instructions