vwo 4 jeudi 27 mai

vwo 4 
Jeudi le 27 mai
1 / 31
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

This lesson contains 31 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

vwo 4 
Jeudi le 27 mai

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Aujourd'hui
- Révision connecteurs
- Révision voca A, B, C chapitre 5

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Noem 5 signaalwoorden

Slide 3 - Mind map

This item has no instructions

Wat kan een signaalwoord uitdrukken?

Slide 4 - Open question

This item has no instructions

Les connecteurs
  • opsomming : et, aussi, outre, de plus
  • tegenstelling : mais, pourtant, par contre, cependant
  • tijdsvolgorde : lorsque, quand, alors, puis, ensuite
  • oorzaak/reden : car, parce que, comme, puisque, donc, par conséquent
  • voorwaarde : si
  • toelichting : par exemple, entre autres
  • vergelijking : comme, ainsi que, de même que
  • doel : pour que, afin que
  • conclusie :bref, enfin

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Wat is de functie van het signaalwoord:

Bref
A
uitbreiding / opsomming
B
gevolg
C
conclusie
D
doel

Slide 6 - Quiz

This item has no instructions

Wat is de functie van het signaalwoord:

par conséquent

A
uitbreiding / opsomming
B
gevolg
C
conclusie
D
doel

Slide 7 - Quiz

This item has no instructions

Wat is de functie van het signaalwoord:

également

A
uitbreiding / opsomming
B
gevolg
C
conclusie
D
doel

Slide 8 - Quiz

This item has no instructions

Wat is de functie van het signaalwoord:

parce que

A
uitbreiding / opsomming
B
reden
C
conclusie
D
doel

Slide 9 - Quiz

This item has no instructions

Vertaal het signaalwoord:
'd'abord'
A
aan boord
B
aangeven
C
ten eerste
D
ten beste

Slide 10 - Quiz

This item has no instructions

Vertaal het signaalwoord:
'ensuite'
A
dus
B
want
C
vervolgens
D
daarvoor

Slide 11 - Quiz

This item has no instructions

Vertaal het signaalwoord:
'puis'
A
want
B
omdat
C
maar
D
vervolgens

Slide 12 - Quiz

This item has no instructions

Vertaal het signaalwoord:
'plus tard'
A
meer
B
dommer
C
later
D
hoger

Slide 13 - Quiz

This item has no instructions

doel
gevolg
tijdsbepaling
opsomming / aaneenschakeling
verklaring / uitleg
voorbeeld / vergelijking
et
pour
plus tard
puis
d'abord
:
grâce à
ensuite
comme
aujourd'hui

Slide 14 - Drag question

This item has no instructions

1 Welk verband?
''Je n'aime pas du tout les filles, car elles parlent
trop''
A
reden
B
tegenstelling
C
opsomming

Slide 15 - Quiz

This item has no instructions

2 Welk verband?
''Mets d'abord les oeufs dans un bol, puis bats-les avec un fouet.''
A
reden
B
conclusie
C
opsomming

Slide 16 - Quiz

This item has no instructions

3 Welk verband?
''Les Français parlent très vite, il est donc difficile de les comprendre.''
A
reden
B
conclusie
C
tegenstelling

Slide 17 - Quiz

This item has no instructions

Welk signaalwoord past?
Je suis fatigué, ______ je dois travailler.
A
comme
B
donc
C
puis
D
mais

Slide 18 - Quiz

Vraag na elk antwoord waarom dat signaalwoord past.

Welk verband zie je tussen de zinnen?
Welk verband drukt het signaalwoord dus uit?
Welk signaalwoord past?
D'abord on a mangé, ______ on a fait du sport.
A
donc
B
par contre
C
puis
D
alors

Slide 19 - Quiz

This item has no instructions

Welk signaalwoord past?
J'aime l'école, ______ j'espère qu'elle ouvrira bientôt ses portes.
A
donc
B
mais
C
ensuite
D
par contre

Slide 20 - Quiz

This item has no instructions

Opsomming
Reden
Tegenstelling
Conclusie
car
mais
par contre
donc
en plus
au contraire
comme
ensuite
alors
d'abord
puis
parce que
bref
cependant

Slide 21 - Drag question

This item has no instructions

Wat betekent: comme?
A
net als
B
omdat
C
want
D
ook

Slide 22 - Quiz

This item has no instructions

Wat betekent: lorsque?
A
daarna
B
wanneer
C
toen
D
maar

Slide 23 - Quiz

This item has no instructions

Wat drukt 'donc' uit?
A
opsomming
B
voorwaarde
C
doel
D
oorzaak/reden

Slide 24 - Quiz

This item has no instructions

Wat drukt 'entre autres' uit?
A
vergelijking
B
toelichting
C
tijdsvolgorde
D
tegenstelling

Slide 25 - Quiz

This item has no instructions

verlaten
wensen
blijven zitten
zich realiseren
zich voegen bij
kletsen
beweren
oplossen
quitter
souhaiter
redoubler
se rendre compte
rejoindre
bavarder
avancer
résoudre

Slide 26 - Drag question

This item has no instructions

Vertaal naar het Frans:
uitleggen

Slide 27 - Open question

This item has no instructions

Vertaal naar het Frans:
in de zon

Slide 28 - Open question

This item has no instructions

Vertaal naar het Frans:
de vrijheid

Slide 29 - Open question

This item has no instructions

Vertaal naar het Frans:
vervangen

Slide 30 - Open question

This item has no instructions

Vertaal naar het Frans:
verbeteren

Slide 31 - Open question

This item has no instructions