e) nee (een lening ontvang je en precies dat bedrag betaal je terug. De rente (interest) die je betaalt voor het lenen van geld zijn kosten
Slide 8 - Slide
Blz. 158- vraag 9
antwoord C
Belangrijk:
Omzet
- inkoopprijs van de verkopen
= brutowinst
-kosten
=nettowinst
Slide 9 - Slide
Blz. 158- vraag 10
antwoord C
Belangrijk:
Omzet 625.000 x € 1,95 = € 1.218.750
-kosten € 1.250.000
=nettoverlies € 31.250
Slide 10 - Slide
Par 1 vraag 1
vervalt
Slide 11 - Slide
Par 1 vraag 2
a) Kapitaal (machine)
arbeid (de kaasmaker)
Natuur (de grondstoffen van de kaas)
b) Kapitaalgoederen bij een kaasfabriek:
koeling
vrachtauto
weegschaal
Slide 12 - Slide
Par 1 vraag 3
a) lichamelijk werk: goederen verzamelen uit het magaizjn
b) geestelijk werk: lesgeven, administratie doen van een bedrijf
Slide 13 - Slide
Par 1 vraag 4
Landeigenaar --> natuur (grond) --> pacht
Zakenman --> ondernemersschap --> winst
Werknemers --> arbeid --> loon (salaris)
Bank --> kapitaal --> rente of huur
Slide 14 - Slide
Par 1 vraag 5
a Arbeidsintensief: een boer bewerkt zijn land met paard en ploeg.
b Kapitaalintensief: drone.
c Mechanisatie: ploeg.
d Automatisering: smartphone.
Slide 15 - Slide
Par 1 vraag 6
Nedcar heeft wel veel mensen in dienst (personeel) maar heeft nog meer robots, machines en computers nodig (kapitaal)
Slide 16 - Slide
Par 1 vraag 7
a) afschrijving
b) restwaarde
Slide 17 - Slide
Par 1 vraag 8
Jaarlijkse afschrijving =
(aanschafwaarde - restwaarde) : gebruiksduur
( € 12.900 - 1.025) : 5 jaar = € 2.375
Slide 18 - Slide
Par 1 vraag 9
a) investering = € 14.500
b) restwaarde = € 2.200
c) (€ 14.500 - € 2.200) : 6 = €2.050
Slide 19 - Slide
Par 1 vraag 10
a) (€ 75.000 - € 6.000 ) : 6 jaar = € 11.500
b) Boekwaarde na twee jaar =
Aanschafwaarde - 2 x jaarlijkse afschrijving
€ 75.000 - € 11.500 - € 11.500 = 52.000
Slide 20 - Slide
Par 1 vraag 11
a) De producent hoopt meer te verkopen omdat de consument nog het product beter vindt
b) Scooterfabriek heeft banden nodig, deze koopt hij bij de bandenfabriek
c) De scooterwinkel zorgt ervoor dat de scooter meer waard wordt omdat ze veel kennis vertellen aan de klant en dat ze de scooter vanuit de groothandel naar de klant brengen
Slide 21 - Slide
Samenvatting par 6.1
De woorden zijn: natuur, arbeid, kapitaal en ondernemerschap,