Massa en Zwaartekracht paragraaf 3

Massa en Zwaartekracht paragraaf 3
1 / 14
next
Slide 1: Slide
ScienceMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Massa en Zwaartekracht paragraaf 3

Slide 1 - Slide

Wat is massa?

  • De massa geeft aan hoe zwaar iets is.
  • De massa wordt uitgedrukt in een aantal gram of kilogram. (dit is de eenheid).
  • De massa van een voorwerp is overal hetzelfde.
  • Voorwerpen trekken alkaar aan (als gevolg van de massa).

Slide 2 - Slide

Wat is Zwaartekracht?

  • De zwaartekracht (of gravitatie) is een aantrekkende kracht   die twee of meer massa's op elkaar uitoefenen.
  • De zwaartekracht wordt uitgedrukt in Newton.                            (dit is de eenheid).
  • De zwaartekracht van een voorwerp is niet  overal hetzelfde.

Slide 3 - Slide

Wat is Gravitatieversnelling?
  • De zwaartekracht van een voorwerp is niet  overal hetzelfde.Gravitatieversnelling is de versnelling waarmee voorwerpen naar de aarde vallen in vrije val, dus als er geen andere krachten op werken dan de zwaartekracht.
  • De gravitatieversnelling (g) wordt uitgedrukt in N/kg. (eenheid).
  • De gravitatieversnelling die op een voorwerp werkt is niet  overal hetzelfde. (Op aarde is dit 9,8 N/kg, op de maan is dit 1,6 N/kg.)

Slide 4 - Slide

Tabel Gravitatieversnelling

Slide 5 - Slide

Zwaartekracht berekenen (op aarde)
massa (in kg) vermenigvuldigen met 9,8



Dus...
Fz=m9,8

Slide 6 - Slide

Andere vormen van deze formule

Slide 7 - Slide

Voorbeelden

Slide 8 - Slide

Wat is de zwaartekracht op een massa van 3 400 gram?
A
33 320 N
B
33 N
C
347 N
D
0,3 N

Slide 9 - Quiz

Op welke massa werkt een zwaartekracht van 23 N?
A
2,3 kg
B
23 kg
C
225 kg

Slide 10 - Quiz

Waar is de zwaartekracht op een voorwerp het grootst?
A
aarde
B
maan
C
zon
D
is overal gelijk.

Slide 11 - Quiz

Waar is de massa van een voorwerp het grootst?
A
aarde
B
maan
C
zon
D
is overal gelijk

Slide 12 - Quiz

Wat is de eenheid van de gravitatieversnelling (g)?
A
Kg/N
B
N
C
kg
D
N/kg

Slide 13 - Quiz

Huiswerk volgende keer:
Leren: Paragraaf 3 massa en zwaartekracht
              (theoriemodule Roel Hendriks).

Maken:  Opgaven 4,5, 7 t/m 17.

Slide 14 - Slide