5.2 C woordsoorten + vakantiequiz



5.2 C woordsoorten + vakantiequiz


1 Planning en agenda
2 Woordsoortenquizje
3 Nabespreken 5.2 B



















m.marinus@singelland.nl


4  Vragend, aanwijzend, betrekkelijk en onbepaald voornaamwoord
5 Zelfstandig werken
5 Afsluiten met Plenda!



Welkom!
1 / 11
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 11 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson



5.2 C woordsoorten + vakantiequiz


1 Planning en agenda
2 Woordsoortenquizje
3 Nabespreken 5.2 B



















m.marinus@singelland.nl


4  Vragend, aanwijzend, betrekkelijk en onbepaald voornaamwoord
5 Zelfstandig werken
5 Afsluiten met Plenda!



Welkom!

Slide 1 - Slide

Welk voornaamwoord kan zowel een persoonlijk als een bezittelijk voornaamwoord zijn?
A
jullie
B
hem
C
jou
D
u

Slide 2 - Quiz

‘Jouw’ is een persoonlijk voornaamwoord, 'jou' is een bezittelijk voornaamwoord.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 3 - Quiz

'Jullie' kan een persoonlijk en een bezittelijk voornaamwoord zijn
A
waar
B
niet waar

Slide 4 - Quiz

zelfstandig werkwoord:
A
worden
B
wandelen

Slide 5 - Quiz

Persoonlijk of bezittelijk voornaamwoord?
Dit boek is van haar.
A
persoonlijk voornaamwoord
B
bezittelijk voornaamwoord

Slide 6 - Quiz

Een zelfstandig werkwoord geeft...
A
een gevoel aan
B
een reden aan
C
een actie aan

Slide 7 - Quiz

Slide 8 - Link

Slide 9 - Link

Wat?
Maak de vragen van 5.2 C.
Hoe?
In learnbeat, met een toetsenbord. Niet te hard tikken, anders gaat ie stuk. Zachtjes overleggen mag ook.
Hulp
Je mag me altijd vragen stellen.
Tijd
Tot aan een paar minuten voor het einde van de les.
Klaar?
5.2 E
Zelfstandig werken

Slide 10 - Slide

Agenda - Plenda
Huiswerk:
Maak/kijk na de vragen van 5.2 B.




Slide 11 - Slide