#2 transcriptie en translatie

Leerdoelen
  • Je kunt uitleggen hoe een gen op het DNA wordt getranscribeerd tot mRNA
  • Vervolgens kun je uitleggen hoe op basis van een mRNA een eiwit wordt gevormd door ribosomen.
  • Je kent de eiwitten betrokken bij het proces en hun functie
  • Je kunt een genetische code omzetten tot een volgorde aminozuren op basis van een codontabel.
  • Je kunt het effect van een mutatie in het DNA doorredeneren tot het gevolg voor een eiwit.
1 / 11
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

This lesson contains 11 slides, with text slides and 2 videos.

Items in this lesson

Leerdoelen
  • Je kunt uitleggen hoe een gen op het DNA wordt getranscribeerd tot mRNA
  • Vervolgens kun je uitleggen hoe op basis van een mRNA een eiwit wordt gevormd door ribosomen.
  • Je kent de eiwitten betrokken bij het proces en hun functie
  • Je kunt een genetische code omzetten tot een volgorde aminozuren op basis van een codontabel.
  • Je kunt het effect van een mutatie in het DNA doorredeneren tot het gevolg voor een eiwit.

Slide 1 - Slide

Transcriptie

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Video

Transcriptie

Slide 4 - Slide

Transcriptiefactoren: Activator / Repressor
- RNA-polymerase heeft transcriptiefactoren nodig om transcriptie te kunnen beginnen

- Activators binden specifieke DNA-sequentie -> enhancer.

- Repressors binden sequenties in DNA en blokkeren transcriptie

Slide 5 - Slide

RNA splicing: bewerking na transcriptie






mRNA wordt bewerkt. Daarna verlaat het mRNA de kern.






Slide 6 - Slide

Transcriptie - translatie

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Video

tRNA
Bijvoorbeeld:
codons voor Serine, AGC en AGU, worden gelezen door 
tRNA met anticodon UCG

Slide 9 - Slide

RNA codons --> aminozuren

Slide 10 - Slide

En nu aan de slag in het werkboek
Het is een grote opdracht waarbij je uiteindelijk onderzoekt hoe een DNA-mutatie effect heeft op het eiwit dat gevormd wordt.

Slide 11 - Slide