4.3 - Izaak (mavo)

Welkom! 
In lokaal:
Handen desinfecteren
Telefoontas
Zoek pc bij muur of raam
1  pc tussen elkaar!

1 / 38
next
Slide 1: Slide
GodsdienstMiddelbare schoolmavo, havo, vwoLeerjaar 1

This lesson contains 38 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Welkom! 
In lokaal:
Handen desinfecteren
Telefoontas
Zoek pc bij muur of raam
1  pc tussen elkaar!

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Wat is een aartsvader?
A
Een oud iemand
B
Een voorvader van een heel volk
C
Iemand die van aarde houdt

Slide 4 - Quiz

Met wie begon het Jodendom?
A
Abraham
B
Izak
C
Jakob

Slide 5 - Quiz

Uit welke plaats kwam Abraham?
A
Jericho
B
Ur
C
Kana

Slide 6 - Quiz

Hoe heette de vader van Abraham?
A
Adam
B
Noach
C
Terach

Slide 7 - Quiz

Met wie was Abraham getrouwd?
A
Hagar
B
Sarah
C
Maria

Slide 8 - Quiz

Wat was Abraham van beroep
A
eigenaar van waterputten
B
koning
C
rondtrekkende boer

Slide 9 - Quiz

Slide 10 - Video

Hoe werd Abraham door God geroepen?
A
door een brandende braamstruik
B
hij hoorde een stem uit de hemel
C
door drie mannen die bij hem op bezoek kwamen

Slide 11 - Quiz

Lesdoelen vandaag:
  1. Je kunt uitleggen welke belofte God aan Abraham deed.
  2. Je kunt vertellen op welke manier God het geloof op de proef stelde.

Slide 12 - Slide

10

Slide 13 - Video

00:34
Uit welke plaats kwam Abraham?
A
Jericho
B
Ur
C
Kana

Slide 14 - Quiz

00:50
Hoe werd Abraham door God geroepen?
A
door een brandende braamstruik
B
hij hoorde een stem uit de hemel
C
door drie mannen die bij hem op bezoek kwamen

Slide 15 - Quiz

01:26
Wat belooft God aan Abraham?
A
Ik zal jou tot een groot volk maken
B
Ik zal je rijk maken
C
Je zult heel beroemd worden

Slide 16 - Quiz

01:50
Wat was het probleem van Abraham en Sara?
A
Ze wilden geen kinderen
B
Abraham en Sara werden al oud en konden geen kinderen krijgen
C
Abraham wist niet met welke vrouw hij een kind zou krijgen.

Slide 17 - Quiz

02:01
Abraham en Sara werden al oud, en er was nog steeds geen nakomeling. Welk plan bedacht Sara?
A
Abraham moest een kind krijgen met haar slavin Hagar
B
Abraham moest een zoon adopteren uit een ander volk.
C
Ze zouden maar kinderloos moeten blijven.

Slide 18 - Quiz

02:07
Abraham en Hagar kregen een zoon.
Wat is zijn naam?
A
Hagar
B
Ismaël
C
Isaak

Slide 19 - Quiz

02:24
Waarom krijgen Hagar en Sara ruzie?
A
Hagar voelt zich belangrijker dan Sara
B
Ze zijn jaloers op elkaar
C
Allebei zijn waar

Slide 20 - Quiz

02:38
Abraham en Sara krijgen samen ook een zoon. Wat is zijn naam?
A
Ismaël
B
Izaak
C
Jakob

Slide 21 - Quiz

03:03
Wie werd door Abram weggestuurd? (kies 2 opties)
A
Sara
B
Izak
C
Ismaël
D
Hagar

Slide 22 - Quiz

03:26
Van welk volk wordt Ismaël de stamvader?
A
Joden
B
Arabieren
C
Grieken

Slide 23 - Quiz

Wat God beloofde...
God beloofde aan Abraham een groot nageslacht. Bekijk de stamboom op de volgende pagina. 

De pijlen geven aan wie namen de belangrijkste zijn om te onthouden.

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Slide

Wat beloofde God niet aan Abraham?
A
Dat hij gelukkig zou worden
B
Dat hij de stamvader van een groot volk zou worden
C
dat er geen oorlog zou komen
D
Dat Abraham beroemd zou worden

Slide 26 - Quiz

Abraham op de proef gesteld
God wil weten of Abraham God écht vertrouwt. 
Daarom geeft God hem een onmogelijke opdracht: hij moet zijn meest geliefde zoon Izaak offeren aan God. 

God laat het niet zover komen, want hij zorgt voor een oplossing...

Slide 27 - Slide

2

Slide 28 - Video

Gods oplossing
Toen God zag dat Abraham écht zijn zoon wilde offeren aan God, was het voor Hem duidelijk: Abraham vertrouwde erop dat God voor een oplossing zou zorgen. Hij geloofde écht in God. 

Daarom zorgde God voor de oplossing: hij zorgde voor een schaap dat vastzat in het struikgewas. Abraham offerde dit dier in de plaats van Izaak!

Door dit verhaal is Abraham voor alle gelovigen een voorbeeld geworden: 

Geloven betekent vertrouwen dat God voor de oplossing zorgt.

Slide 29 - Slide

00:59
Waarom is Abraham verdrietig?
A
Omdat Sara niet mee is
B
Omdat Isaak niet goed luistert naar hem
C
Omdat God gevraagd heeft om Isaak te offeren
D
Omdat hij het gevoel heeft dat God hem in de steek heeft gelaten

Slide 30 - Quiz

01:21
Wat denk je dat Abraham bedoelt met 'God zal voor een lam zorgen' ?
A
Dat Izaak het lam is
B
Dat God voor een lammetje zal zorgen om te offeren

Slide 31 - Quiz

Slide 32 - Slide

Wat beloofde God aan Abraham?

Slide 33 - Open question

Welk plan bedacht Sarah omdat zij niet geloofde in de belofte van God?

Slide 34 - Open question

Wat was Gods oplossing voor de familieruzie?

Slide 35 - Open question

Hoe werd Abrahams geloof door God op de proef gesteld?

Slide 36 - Open question

Wat heeft Abraham uiteindelijk geofferd aan God?
A
Wierook
B
Zijn zoon
C
Een lammetje
D
Niets

Slide 37 - Quiz

Tot volgende week!
Onderwerp: Jakob

Slide 38 - Slide