This lesson contains 29 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 15 min
Items in this lesson
Nederlands
Hoofdstuk 4
Vrij
Cursus Lezen
Blz. 120 t/m 125
Klassikale instructie
Zelfstandige verwerking
Slide 1 - Slide
Overzicht
Lezen
Kijken en luisteren
Schrijven
Woordenschat
Kijk op taal
Grammatica en Spelling
Formuleren
Poëzie en fictie
Hoofdstuk 1
Ik weet hoe ik het onderwerp van een tekst kan vinden
Hoofdstuk 2
Ik kan alinea's herkennen
Ik kan erachter komen waar een alinea over gaat.
Hoofdstuk 3
Ik kan inleiding, middenstuk en slot in een tekst aanwijzen
Hoofdstuk 4
Ik kan dingen opzoeken in teksten
Overzicht Lezen
Slide 2 - Slide
Lezen - Doel & terughalen hoofdstuk 1 + 2 +3
Terughalen H1 en H2 en H3
Doel
Na de les
dingen opzoeken in teksten
Slide 3 - Slide
Zoekend lezen
Wat is zoekend lezen? En hoe doe je dat?
Slide 4 - Slide
Moet ik die heeeeele tekst lezen???
Niet altijd! Want als je alleen wil weten hoe laat iets begint hoef je alleen daar naar te zoeken.
Je zoekt naar informatie die je nodig hebt en
leest niet de hele tekst.
Slide 5 - Slide
Hoe?
Bekijk de titels en tussenkopjes
Kijk naar anders gedrukte teksten
(cursief, vet, HOOFDLETTERS etc.).
Let op opvallende tekens (& € )
Slide 6 - Slide
Tussenkopje
- titel midden in de tekst
- vaak vetgedrukt (soms ook iets groter lettertype)
- geeft aan waarover een tekstgedeelte gaat
Slide 7 - Slide
Bij zoekend lezen kijk je naar de titel en de tussenkopjes.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 8 - Quiz
Moet je de hele tekst lezen bij zoekend lezen?
A
Ja
B
Nee
C
Een beetje
D
Misschien
Slide 9 - Quiz
Uit hoeveel alinea's bestaat de volgende tekst?
Slide 10 - Slide
Slide 11 - Slide
Uit hoeveel alinea's bestaat de tekst?
A
1
B
2
C
3
D
4
Slide 12 - Quiz
Slide 13 - Slide
Uit hoeveel alinea's bestaat de tekst?
A
3
B
4
C
5
D
6
Slide 14 - Quiz
Wat is het onderwerp van de volgende tekst?
Je ziet alleen titel, inleiding en tussenkopjes.
Slide 15 - Slide
ACHT NOORSE HUIZEN GLIJDEN IN ZEE
In de Noorse plaats Alta zijn gistermiddag bij een aardverschuiving acht huizen in zee verdwenen. Gelukkig waren het vakantiehuizen en was er op dat moment niemand thuis. Het spectaculaire moment werd gefilmd door een buurtbewoner.
* Reddingsactie
* Niemand thuis
Slide 16 - Slide
Wat was het onderwerp van de vorige tekst?
A
aardverschuiving
B
huizen in zee na aardverschuiving
C
Er is iemand gewond geraakt bij de aardverschuiving.
D
niemand in huis
Slide 17 - Quiz
Zoekend lezen
- Je leest niet de hele tekst maar je gaat direct op zoek naar de informatie die je nodig hebt.
- Scannen
- Kijk eerst naar titel=> is deze tekst geschikt? Let op tussenkopjes, opvallende woorden of tekens.
- Start pas met lezen met het deel van de tekst als jij denkt dat het geschikt is om antwoord te geven op jouw vraag.
Slide 18 - Slide
Tekst en afbeeldingen
Door een afbeelding zie je sneller waar een tekst over gaat.
Een afbeelding geeft extra informatie
Een afbeelding maakt een tekst aantrekkelijker
Slide 19 - Slide
Wat is een alinea?
A
een groepje kernzinnen
B
1 hoofdzaak en meerdere bijzaken
C
een groepje zinnen over hetzelfde deelonderwerp
D
tekst na een witregel
Slide 20 - Quiz
Waarom zal je deze tekst niet zo snel in de DD zien?
Slide 21 - Open question
Bekijk de tekst.
Je hoeft de tekst niet helemaal te lezen.
Slide 22 - Slide
Je bent benieuwd waar de tentoonstelling over gaat. Welk stuk van de tekst lees je?
Kies het goede tussenkopje.
A
Computerspelletjes
B
Rondleidingen
C
Workshops voor scholen
D
Openingstijden en tarieven
Slide 23 - Quiz
Je wilt weten wat de entreeprijs is.
Bij welk tussenkopje kijk je?
A
Computerspelletjes
B
Rondleidingen
C
Workshops voor scholen
D
Openingstijden en tarieven
Slide 24 - Quiz
Je ziet de tekst in een tijdschrift. Je wilt onthouden hoe laat het museum op zaterdag geopend is.
Welk stukje knip je uit om te bewaren?
A
Computerspelletjes
B
Rondleidingen
C
Workshops voor scholen
D
Openingstijden en tarieven
Slide 25 - Quiz
Bij welk tussenkopje moet je kijken als jouw klas een workshop wil volgen?
A
Computerspelletjes
B
Rondleidingen
C
Workshops voor scholen
D
Openingstijden en tarieven
Slide 26 - Quiz
Wanneer kun jij met je klas meedoen aan een workshop?