This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 10 min
Items in this lesson
Neil Armstrong: De Eerste Maanwandelaar
Slide 1 - Slide
This item has no instructions
Leerdoelen
Aan het einde van deze les zul je in staat zijn om de levensloop van Neil Armstrong te beschrijven, zijn bijdragen aan de ruimtevaart te benoemen en de impact van zijn prestaties te begrijpen.
Slide 2 - Slide
Introduceer de leerdoelen van de les en leg uit wat studenten kunnen verwachten te leren.
Wat weet je al over Neil Armstrong en zijn prestaties in de ruimtevaart?
Slide 3 - Mind map
This item has no instructions
Jeugd en Opleiding
Neil Armstrong werd geboren in Ohio in 1930. Hij was geïnteresseerd in lucht- en ruimtevaart vanaf jonge leeftijd en studeerde luchtvaarttechniek aan de Purdue University.
Slide 4 - Slide
Beschrijf de vroege jeugd en opleiding van Armstrong en geef studenten de gelegenheid om vragen te stellen.
NASA Carrière
Armstrong werd geselecteerd als astronaut voor NASA's Project Gemini en Apollo. Hij onderging uitgebreide training en voorbereiding voor zijn missie naar de maan.
Slide 5 - Slide
Beschrijf de carrière van Armstrong bij NASA en leg uit hoe hij werd geselecteerd voor de missie naar de maan.
Maanlanding
Op 20 juli 1969 landde Armstrong samen met Buzz Aldrin op de maan. Armstrong zette als eerste mens voet op de maan en sprak de beroemde woorden: 'One small step for man, one giant leap for mankind.'
Slide 6 - Slide
Leg uit hoe de Apollo 11 missie verliep en wat de belangrijkste prestaties waren, zoals de maanlanding en de beroemde woorden van Armstrong.
Terugkeer naar de Aarde
Na de maanlanding keerden Armstrong en Aldrin terug naar de Apollo capsule en keerden terug naar de Aarde. Ze werden als helden onthaald en kregen een huldiging.
Slide 7 - Slide
Beschrijf de terugkeer van Armstrong en Aldrin naar de Aarde en leg uit hoe ze werden ontvangen na hun prestatie.
Latere Carrière
Na Apollo 11 bleef Armstrong betrokken bij de ruimtevaart en werkte hij als hoogleraar aan de Universiteit van Cincinnati. Hij ontving talrijke onderscheidingen voor zijn prestaties.
Slide 8 - Slide
Beschrijf de latere carrière van Armstrong en zijn andere prestaties en onderscheidingen.
Overlijden
Armstrong overleed in 2012 op 82-jarige leeftijd. Zijn prestaties en nalatenschap blijven een inspiratie voor toekomstige generaties.
Slide 9 - Slide
Leg uit hoe Armstrong overleed en waarom zijn prestaties en nalatenschap nog steeds relevant zijn.
Invloed op de Ruimtevaart
Armstrong's prestaties hebben een enorme invloed gehad op de ruimtevaart. Hij opende de deur naar verdere verkenning van de ruimte en inspireerde talrijke toekomstige astronauten en wetenschappers.
Slide 10 - Slide
Beschrijf de invloed van Armstrong op de ruimtevaart en leg uit waarom zijn prestaties zo belangrijk zijn.
Culturele Impact
Armstrong's prestaties hebben ook een grote culturele impact gehad. Zijn maanlanding werd bekeken door miljoenen mensen over de hele wereld en inspireerde talrijke films, boeken en andere kunstwerken.
Slide 11 - Slide
Beschrijf de culturele impact van Armstrong's prestaties en leg uit waarom zijn prestaties zo belangrijk zijn.
Blijvende Erfenis
Neil Armstrong zal voor altijd worden herinnerd als de eerste mens die voet zette op de maan. Zijn prestaties hebben de mensheid geïnspireerd om verder te verkennen en te ontdekken.
Slide 12 - Slide
Samenvatting van de belangrijkste punten van de les en benadruk de blijvende erfenis van Armstrong.
Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.
Slide 13 - Open question
De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.
Slide 14 - Open question
De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.
Slide 15 - Open question
De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.