7.2 inrichting

• Aardrijkskunde
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 1

Deze les

-Nakijken par. 7.1

-Uitleg paragraaf 2: inrichting van een wijk

-Het stadsmodel

-Aan de slag met paragraaf 7.2

Morgen: vervolg par. 7.2 bewonerskenmerken

Bespreken opdr. 1, 4, 5

-Open je werkboek op paragraaf 7.1 

-Corrigeer je antwoorden! 

1800

1960

1910

2017

Over het algemeen geldt: "Hoe verder van het stadscentrum, hoe ........ de bebouwing.

1. ouder
2. jonger

4. Het model van de stad

Hiernaast staat het model van de stad in je boek. Op de volgende pagina wordt het model in een filmpje uitgelegd. Maak daarna de vragen. 

Leg uit waarom de 19e eeuwse arbeiderswijken vaak vlakbij het centrum liggen

Wat veranderde aan de vorm van de stad tijdens de Industriële Revolutie

Wat veranderde er aan de functie van de stad tijdens de Industriële Revolutie

4. Het model van de stad

We hebben het tot nu toe gehad over de wijken die in de legada met rood, oranje en geel zijn aangegeven. Dit zijn de oudste wijken van de stad

In paragraaf 7.2 gaat het vooral over de Kinkerbuurt in Amsterdam. 

Dit is een oude woonwijk

Soms zijn er in oude woonwijken problemen. 

Welke problemen kunnen er in oude wijken ontstaan?

2 manieren om huizen te verbeteren:

-Sloop en nieuwbouw

-Renovatie

Renovatie

Vaak keerden dezelfde problemen na een tijdje terug in de wijken die werden opgeknapt. Daarom nieuw plan: stedelijke vernieuwing

Stedelijke vernieuwing

Naast de huizen ook opknappen van:

-Straten

-Parken

-Speeltuinen

-Oude fabrieken

Enka

Aan het werk

Maak van 7.2 opdracht 1 t/m 4 en leer par. 7.2