Taaltrap les 19 - Het weer

Taaltrap - les 19 - het weer 
1 / 35
next
Slide 1: Slide
NT2BasisschoolGroep 4

This lesson contains 35 slides, with interactive quizzes, text slides and 5 videos.

Items in this lesson

Taaltrap - les 19 - het weer 

Slide 1 - Slide

het weerbericht

Slide 2 - Slide

de zomer
jouw eigen weerbericht

Slide 3 - Slide

de winter
jouw eigen weerbericht

Slide 4 - Slide

de lente
jouw eigen weerbericht

Slide 5 - Slide

de herfst
jouw eigen weerbericht

Slide 6 - Slide

de zonneschijn

Slide 7 - Slide

de wolken

Slide 8 - Slide

de regen

Slide 9 - Slide

de sneeuw

Slide 10 - Slide

in de lucht

Slide 11 - Slide

de wind

Slide 12 - Slide

de storm

Slide 13 - Slide

het onweer

Slide 14 - Slide

de mist

Slide 15 - Slide

de regenboog

Slide 16 - Slide

de maan

Slide 17 - Slide

wat kun je vertellen?

Slide 18 - Slide

19.1 het weer
Alle woorden




het weer

Slide 19 - Slide

Wat moet je doen?
*Luister naar de docent.
* Zeg niks, maar schrijf het woord op je wisbordje.
* Aan het einde kijken we de antwoorden na.
* Vergeet het lidwoord niet!

Slide 20 - Slide

19.2 Egeltje
Egeltje

Slide 21 - Slide

19.3  - verkleinwoorden
Als we een woord kleiner maken gebruiken we : je
Staat aanhet eind van het woord een M? Dan gebruiken we : pje
Soms gebruiken we ook : tje

Schrijf nu de verkleinwoorden van 19.3 in je schrift.
Je gebruikt bij deze woorden: -tje

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Video

19.4  - tegenstellingen
Luister naar de tegenstellingen.
Schrijf daarna de tegenstellingenvan 19.4 in je schrift.
tegenstellingen

Slide 24 - Slide

19. 5 Luisteren en lezen
Vogelnest

Slide 25 - Slide

Slide 26 - Video

In Nederland regent het veel.
En in jouw geboorteland?
In de zomer is het in Nederland warm. Hoe is de zomer in jouw land?

Slide 27 - Slide

In de winter vriest het soms. In Nederland vriest het een beetje.
Het sneeuwt soms in januari, februari, maart of april.

Slide 28 - Slide

's Morgens en 's avonds
is er mist.
In de lente is het mooi weer. Het is fris, zonnig en er is weinig regen.

Slide 29 - Slide

Het weer in Europa

Slide 30 - Slide

Slide 31 - Video

Slide 32 - Video

2

Slide 33 - Video

00:04

A
het regent
B
het sneeuwt
C
de zon schijnt

Slide 34 - Quiz

00:20

A
de kat drinkt water
B
de vogel drinkt water

Slide 35 - Quiz