Gezondheid

Gezondheid
1 / 38
next
Slide 1: Slide
NT2MBOStudiejaar 1

This lesson contains 38 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Gezondheid

Slide 1 - Slide

Key concept: communication 
Related concepts: form, meaning, pattern 
Global context: identity & relationship → health & well-being 

Slide 2 - Slide

Statement of inquiry: 
Focus on form, meaning and the understanding of patterns helps language users 
 to inquiry into various language aspects that support 
the effective communication of instructions, 
 advices, requests and orders. Communicating health & well-being issues requires effective language use.

Slide 3 - Slide

Waar denk je aan
bij 'gezondheid'?
What are you thinking of
by 'health'?

Slide 4 - Mind map

Wie is dit? Wat is dit?
Kies het juiste antwoord.

Slide 5 - Slide

Wie is dit?
A
dokter
B
tandarts
C
assistent
D
docent

Slide 6 - Quiz

Wat is dit?
A
ziekenhuis
B
apotheek
C
school
D
huisarts

Slide 7 - Quiz

Dit is...
A
de school
B
de ambulance
C
de apotheek
D
de dokter

Slide 8 - Quiz

Wat is dit?
A
tablet
B
pil
C
drankje
D
zalf

Slide 9 - Quiz

Wat is dit?
A
zalf
B
pillen
C
tabletten
D
drankje

Slide 10 - Quiz

Wat is dit?
A
drankje
B
olie
C
pil
D
zalf

Slide 11 - Quiz

Waar denk je
aan bij 'ziek'?

Slide 12 - Mind map

Slide 13 - Link

Slide 14 - Link

Luister naar de audio

Slide 15 - Slide

Waar heeft Mirka pijn?
A
Hoofd
B
Voet
C
Rug
D
Koorts

Slide 16 - Quiz

Luister naar de audio

Slide 17 - Slide

Wat is de klacht van mevrouw Winter?
A
Hoofdpijn
B
Jeuk
C
Koorts
D
Armpijn

Slide 18 - Quiz

Luister naar de audio

Slide 19 - Slide

Hoelang heeft mevrouw Winter al last van de klacht?

Slide 20 - Open question

Luister naar de audio

Slide 21 - Slide

Wat geeft de dokter aan mevrouw Winter?

Slide 22 - Open question

Bedenk zoveel mogelijk
woorden met de
a

Slide 23 - Mind map

Bedenk zoveel mogelijk
woorden met de eu

Slide 24 - Mind map

Bedenk zoveel mogelijk
woorden
met de oo

Slide 25 - Mind map

Bedenk zoveel mogelijk
woorden met de
ui

Slide 26 - Mind map

Je bent al een paar dagen ziek. Je hebt hoofdpijn en koorts (39˚C).
Je neus zit dicht en je hoest veel. Je gaat naar de huisarts.
Vertel wat je klachten zijn.

Slide 27 - Open question

Spoed? Ja of nee?

Slide 28 - Slide

Spoed?
A
Ja
B
Nee

Slide 29 - Quiz

Spoed?
A
Ja
B
Nee

Slide 30 - Quiz

Spoed?
A
Ja
B
Nee

Slide 31 - Quiz

Spoed?
A
Ja
B
Nee

Slide 32 - Quiz

Slide 33 - Slide

Slide 34 - Slide

Waar is de mevrouw?
A
Bij de huisarts
B
In de apotheek
C
Bij de tandarts
D
Bij de supermarkt

Slide 35 - Quiz

Wie is er ziek?
A
Zij is zelf ziek
B
Haar moeder
C
Haar dochter
D
Zijn zoon

Slide 36 - Quiz

Wat zijn de klachten?

Slide 37 - Open question

Wat koopt de mevrouw?

Slide 38 - Open question