This lesson contains 11 slides, with text slides and 1 video.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
Par 5.1 deel 1
Slide 1 - Slide
Agenda les
leerdoelen par 5.1
uitleg deel 1 par 5.1
Zelf aan de slag
Huiswerk
Slide 2 - Slide
Leerdoelen par 5.1
Je kunt de verkoopprijs inclusief (=consumentenprijs) en inkoopprijs inclusief en exclusief BTW berekenen.
Je kunt de BTW berekenen die een bedrijf moet af dragen aan de belastingdienst.
Je kunt de begrippen variabele en constante (=vaste) kosten in eigen woorden omschrijven en voorbeelden ervan geven.
Je kunt de kostprijs van een product berekenen
Je kunt de break-evenafzet en omzet berekenen.
Slide 3 - Slide
Winst&verlies rekening
Resultatenrekening
Slide 4 - Slide
De betaalde BTW over je inkopen kun je verrekenen met de ontvangen BTW van de consumenten.
Verkoopprijs
100%
€ 100
+ BTW
21%
+ € 21
= Consumentenprijs
121%
€ 121
Inkoopprijs
100%
€ 50
+ BTW
21%
+ € 10,50
=inkoopprijs incl BTW
121%
€ 60,50
Inclusief en exclusief BTW
Af te dragen BTW
Ontvangen BTW van consumenten
€ 21
Betaalde BTW aan leveranciers (inkopen)
€ 10,50
Per saldo af te dragen aan Belastingdienst
€ 10,50
Slide 5 - Slide
BTW af te dragen 2e manier
BTW= belasting over de toegevoegde waarde
Af te dragen belasting: (over toegevoegde waarde)
21% over € 50= 50 x 0,21= € 10,50
Verkoopprijs
€ 100,-
inkoopprijs
€ 50,-
Toegevoegde waarde
€ 50,-
Slide 6 - Slide
Variabele kosten:
kosten die afhankelijk zijn van de productieomvang of afzet (q).
b.v. inkoopkosten
Constante of vaste kosten:
kosten die onafhankelijk zijn van de productieomvang of afzet(q)
kosten kunnen dus wel veranderen door b.v. inflatie of extra investering in een machine.
b.v. huurkosten
Slide 7 - Slide
Kostprijs per product
Slide 8 - Slide
Par 5.1 Maak opgave 1 t/m 10
Je hebt 20 minuten voor de opdrachten
Hoe: - stil en zelfstandig 1e 5 minuten - na 5 minuten fluisterend overleg 2-tal naast elkaar toegestaan. - na 5 minuten ook hulp docent toegestaan (hand omhoog) - online of in je schrift