Nederlands Spelling Pro F1

Spelling

1 / 18
next
Slide 1: Slide
NederlandsPraktijkonderwijsLeerjaar 1

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

Items in this lesson

Spelling

Slide 1 - Slide

Noem een voorbeeld van een MKM woord

Slide 2 - Open question

Slide 3 - Video

Verzin een woord met een lange klank, met maar een klinker

Slide 4 - Open question

Slide 5 - Video

Verdeel jouw naam in lettergrepen
Voorbeeld: Vis-ser

Slide 6 - Open question

Tweetekenklanken
Twee klinkers samen maken een nieuwe klank

Verschillende klinkers kun je samen zetten.

Slide 7 - Slide

Noem 3 verschillende woorden met een tweetekenklank

Slide 8 - Open question

Slide 9 - Video

MKMM 
Medeklinker
Klinker
Medeklinker
Medeklinker

Slide 10 - Slide

MMKM
Medeklinker
Medeklinker
Klinker
Medeklinker

Slide 11 - Slide

f wordt V: 
Voor de f een lange klank: (aa,oo) F wordt V!
braaf -> brave
lief -> lieve

Slide 12 - Slide

F wordt V:
Als een woord eindigt op een F
Dan schrijf je het Meervoud met V!

Slide 13 - Slide

F wordt dubbele F
Korte klinkers voor de F

stof - stoffen
tof - toffe

Slide 14 - Slide

3. MEERVOUD op -en

Soms moet je tegelijk een -s veranderen in een -z.

baas + s/z + en = bazen

huis + s/z + en = huizen

mees + s/z + en = mezen

Slide 15 - Slide

Stomme E
De E kun je verschillend uitspreken
- Vent, ren, pen
- Hele, kerel

De letter E in het woord "te" klinkt als <uh>
Je hoort geen 'e' maar schrijft hem wel
Dit noemen we de stomme E

Slide 16 - Slide

Woorden met -ee
Thee, nee, twee, dominee, protemonnee, chimpansee

De combinatie van -ee blijft altijd hetzelfde, ook in het meervoud

Slide 17 - Slide

Woorden met -uw
ruw, duw, waarschuw, oogschaduw, sluw

De combinatie van -uw blijft altijd hetzelfde, ook in het meervoud

Slide 18 - Slide