Mens en MaatschappijMiddelbare schoolvmbo t, havoLeerjaar 2
This lesson contains 51 slides, with interactive quizzes, text slides and 7 videos.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
Thema 9 Grondstoffen
Blok 2 Vervoer
Slide 1 - Slide
Wat gaan we doen in les 1?
Agenda invullen
Les 1: Infrastructuur
Lezen: ‘Waar gaat dit blok over?', ‘Kanalen', ‘Tol betalen', ‘Spoorwegen'. p. 32, 33, 37 & 38.
Maken: opdracht 1, 2,3,4,5,6,7,8,9,10, 11.
Slide 2 - Slide
Leerdoelen van deze les
Aan het einde van deze les kun je uitleggen:
waarom Willem I de infrastructuur verbeterde en op welke manieren hij dat deed;
het gebruik van vervoermiddelen in Nederland in de juiste tijdsvolgorde plaatsen;
wat er veranderde door de komst van de (stoom)trein;
hoe het leven van mensen veranderde in de negentiende eeuw;
Wat tol betalen inhoudt.
Slide 3 - Slide
Waar gaat dit blok over?
Industrialisatie veranderde het Nederlandse landschap.
Nieuwe uitvindingen op het gebied van vervoer maakte reizen sneller en makkelijker. Kanalen en spoorlijnen verschenen.
Tegenwoordig reis je in een paar uur van Groningen naar Maastricht. Dit duurde vóór de industriële revolutie een week.
Slide 4 - Slide
Kanalen
Willem I wilde dat Nederland, net als Engeland zou industrialiseren. Fabrieken, spoorlijnen en stoommachines.
Nederland zou zo welvarender zou worden. Hiervoor moest wel de infrastructuur verbeterd worden.
Vanaf 1819 werd het Noord-Hollands Kanaal gegraven zodat schepen de haven van Amsterdam, via Den Helder, konden bereiken. Andere kanalen volgden snel...
Lees zelfstandig Kanalen op blz 33
Slide 5 - Slide
Slide 6 - Video
Spoorwegen
Fabrieken hadden steenkool en ijzererts nodig. Nederland importeerde deze grondstoffen vanuit het buitenland.
Het vervoer van deze goederen werd goedkopen door de aanleg van spoorlijnen
De eerste stoomtrein reed in 1839 tussen Haarlem en Amsterdam.
Eind 19e eeuw is de trein het belangrijkste vervoermiddel in Nederland.
Lees Spoorwegen op blz. 38
Slide 7 - Slide
Slide 8 - Video
Tol betalen
Vroeger waren wegen vaak particulier bezit (= bezit van persoon of bedrijf) om gebruik te maken van deze wegen betaalde je meestal tol.
Reizen duurde hierdoor erg lang, je moest steeds stoppen.
Tegenwoordig betaalt de overheid voor de infrastructuur.
Wel zijn er tegenwoordig nog bruggen en tunnels waar je tol moet betalen. Dit heeft te maken met de kosten van deze infrastructurele werken.
Lees Hier en Nu Tol betalen op blz 37
Slide 9 - Slide
Welke koning begon met industrialisatie in Nederland?
A
Willem I
B
Willem II
C
Willem III
D
Willem IV
Slide 10 - Quiz
Koning Willem I kreeg de bijnaam 'koning-koopman'. Wat betekent die naam?
A
Dat Willem I veel spullen kocht.
B
Dat Willem I veel deed voor de handel.
C
Dat Willem I erg rijk werd.
D
Dat Willem I een absolute koning was.
Slide 11 - Quiz
Wat deed Willem I om de Nederlanden te moderniseren?
A
Aanleggen van wegen, kanalen en spoorwegen.
B
Subsidies geven aan fabrieken.
C
De koloniën vielen nu onder direct bestuur van Nederland, geen VOC en WIC
D
Hij richtte de Nederlandse Handelsmaatschappij op
Slide 12 - Quiz
Wanneer werd de eerste spoorlijn geopend?
A
In 1839
B
In 1939
C
In 1739
D
In 2039
Slide 13 - Quiz
De eerste spoorlijn in Nederland werd aangelegd tussen
A
Amsterdam en Utrecht
B
Amsterdam en Rotterdam
C
Amsterdam en Den Haag
D
Amsterdam en Haarlem
Slide 14 - Quiz
Een leerdoel van deze les is: Het gebruik van vervoermiddelen in Nederland in de juiste tijdsvolgorde plaatsen. Bekijk het filmpje en beantwoord deze vraag.
Slide 15 - Open question
Slide 16 - Video
Aan de slag!
Les 1: Infrastructuur
Hoe blijf je op schema?
Lezen: ‘Waar gaat dit blok over?', ‘Kanalen', ‘Tol betalen', ‘Spoorwegen'. p. 32, 33, 37 & 38.
Maken: opdracht 1, 2,3,4,5,6,7,8,9,10, 11.
Slide 17 - Slide
Wat gaan we doen deze les?
Een nieuwjaarsquiz!!! Log hiervoor alvast in in LessonUp!
Les 2: Nationalisme
Uitleg over nationalisme
Lezen: ‘Eén land, één volk'. p. 41
Maken: opdracht 12, 13, 14, 15, 16.
-de infrastructuur;
-de massagoederen;
-het nationalisme;
-het particuliere bezit;
-de stukgoederen;
-de tol.
Veel leerlingen zijn nog niet aangemeld bij de klas
Code voor 2D kfrhy
Code voor 2F pifbs
Slide 18 - Slide
Nieuwjaars-Quiz
Uitleg
Slide 19 - Slide
...wordt hopelijk een stukje normaler dan 2020... tijd om vooruit te blikken in deze Quiz
Slide 20 - Slide
Wat vond jij van 2020?
''Spin me!"
Slide 21 - Slide
(geen punten) Wat wens jij voor 2021!?
Slide 22 - Mind map
(geen punten) Wat is jouw goede voornemen?
Slide 23 - Mind map
Wat is het best bekeken YouTube-filmpje van Nederland in 2020?
A
Bonaire-meneer van Jochem Myjer
B
NikkieTutorials –
I’m Coming Out
C
Zondag met Lubach -
Rumag
D
Danny Vera -
Rollercoaster
Slide 24 - Quiz
Wat waren de grootste hits? (sleep op volgorde)
1
2
3
4
Dance Monkey - Tones & I
Blinding lights - The Weeknd
17 miljoen - Davina Michelle, Snelle
Smoorverliefd - Snelle
Slide 25 - Drag question
Wat was de grootste ergernis van Nederlanders in 2020?
A
Buren die zijn begonnen met klussen
B
Mensen die zich niet aan covid regels houden!
C
Het niet / moeilijk op vakantie kunnen gaan
D
Irritante broertjes en zusjes thuis
Slide 26 - Quiz
2021 wordt het Chinese jaar van ''..........''
A
De Os
B
De Slang
C
De Draak
D
De tijger
Slide 27 - Quiz
Wat is het totale aantal kiesmannen in de VS?
A
192
B
752
C
368
D
538
Slide 28 - Quiz
Wanneer wordt Joe Biden geïnaugureerd? (officieel President)
A
15 januari
B
20 januari
C
25 januari
D
1 februari
Slide 29 - Quiz
Waar vindt EUROVISIE 2021 plaats?
Slide 30 - Open question
Wat is er op 17 maart 2021?
A
Eurovisie Songfestival
B
Eerste kamer verkiezingen
C
De Brexit
D
Tweede kamer verkiezingen
Slide 31 - Quiz
Wat staat er in juni 2021 op de planning?
A
Het NK voetbal
B
Het WK voetbal
C
Het EK voetbal
D
Het EK dammen
Slide 32 - Quiz
Leerdoelen of bouwstenen van deze les.
Je kan na deze les uitleggen:
Wat nationalisme is
Hoe een betere infrastructuur ervoor zorgde dat mensen zich verbonden voelden;
Vijf manieren noemen waarom Willem I het nationalisme stimuleerde;
-de tol.
Slide 33 - Slide
0
Slide 34 - Video
Schijf in je eigen woorden op wat nationalisme is.
Slide 35 - Open question
Welk begrip wordt bedoeld?
A
antisemitisme
B
nationalisme
C
militarisme
D
modern imperialisme
Slide 36 - Quiz
Slide 37 - Video
Vanaf wanneer komt het nationalisme opzetten in Europa?
A
17e eeuw
B
18e eeuw
C
19e eeuw
D
20e eeuw
Slide 38 - Quiz
Slide 39 - Video
Leg uit: Past koloniseren beter bij objectief of bij subjectief nationalisme?
Slide 40 - Open question
Welk begrip wordt bedoeld?
A
antisemitisme
B
nationalisme
C
militarisme
D
modern imperialisme
Slide 41 - Quiz
Wat gaan we doen deze les?
Les 2: Nationalisme
Uitleg over nationalisme
Lezen: ‘Eén land, één volk'. p. 41
Kijken: Klokhuis maakt geschiedenis: De Rotterdamse haven
Maken: opdracht 12, 13, 14, 15, 16.
-de infrastructuur;
-de massagoederen;
-het nationalisme;
-het particuliere bezit;
-de stukgoederen;
-de tol.
Veel leerlingen zijn nog niet aangemeld bij de klas
Code voor 2D kfrhy
Code voor 2F pifbs
Slide 42 - Slide
Eén land, één volk
Willem I werd in 1815 koning van het Verenigd Koninkrijk der Nederlanden. Maar inwoners voelden zich geen Nederlander.
Door de verbeterde infrastructuur voelden mensen zich meer met elkaar verbonden.
Willem I wilde dat Nederlanders trots waren op hun land => nationalisme
Geschiedenisverhalen, musea, kastelen en monumenten dragen bij aan dezeNederlandse trots.
Op scholen spraken kinderen voortaan verplicht de Nederlandse taal.
Nationalisme was een verschijnsel dat in heel Europa voorkwam in de 19e eeuw
We lezen blz 41 Eén land, één volk.
Slide 43 - Slide
De grootste haven van Europa
Rotterdam is de grootste haven van Europa. Door de aanleg van de Nieuwe Waterweg (1872) konden grote schepen de haven weer goed bereiken.
We lezen De grootste haven van Europa op blz 44
Slide 44 - Slide
https:
Slide 45 - Link
Sneller en goedkoper
Er zijn twee soorten goederen in goederenvervoer:
Massagoederen: Onverpakte goederen die in grote hoeveelheden worden vervoerd. Ze worden op het schip 'gestort'
Stukgoederen: losse of verpakte goederen zoals schoenen, zakken rijst, dozen kleding. Ze worden op het schip geladen in containers
Slide 46 - Slide
Containers
Een grote stalen kist met vaste afmetingen voor het vervoer van stukgoederen. Hoe passen en zoveel containers op een schip? Hoe weet je welke spullen in welke container zitten?
Je kan uitleggen waarom het goederenvervoer sterk is gegroeid.
Slide 47 - Slide
Transport over land
Door de industrialisatie in de 19e eeuw: Transportrevolutie:
grondige verbetering van wegen en vervoermiddelen.
Er kwamen nieuwe transportmiddelen over land, zoals de trein, de fiets en de auto. Eerder kon je over land alleen te voet en te paard of met een koets reizen.