Breuken

REKENEN MET BREUKEN
1 / 25
next
Slide 1: Slide
WiskundeMBOStudiejaar 1

This lesson contains 25 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

REKENEN MET BREUKEN

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Lesdoel
Aan het einde van deze les:
  1. Weet je wat een breuk is; 
  2. Weet je hoe je een breuk gebruikt;
  3. Weet je hoe een breuk noteert.

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Een deel van een geheel
Een deel

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Hoeveel delen van deze pizza zijn benoemd?





Hoeveel delen zijn er totaal?
1 deel
1 deel

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Hoeveel delen van deze pizza zijn benoemd?





Hoeveel delen zijn er totaal?
1 deel
1 deel
1 deel
1 deel

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Maar...

Hoe schrijf je een breuk op?

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Wat is de schrijfwijze van een breuk?
A
0,15
B
0,0754
C
2/5
D
33

Slide 7 - Quiz

This item has no instructions

1.
2.
- of /
blabla...

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Hoe zit dit hier?
A
0,15
B
0,0754
C
5x4
D
3/4

Slide 9 - Quiz

This item has no instructions

De schrijfwijze:

Hoeveel delen benoemd?
-----------------------------
Hoeveel delen totaal?

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

De schrijfwijze:
    2
_____   of    2/5
    5

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

De schrijfwijze:

Hoeveel delen benoemd?
-----------------------------
Hoeveel delen totaal?

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

De schrijfwijze:
    4
_____ of 4/5
    5

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Maar...

Werkt dit alleen met pizza's?

Slide 14 - Slide

Bij deze slide geeft je ook bordinstructies aan de hand van vierkanten, rechthoeken of driehoeken.

Slide 15 - Slide

Bij deze slide geeft je ook bordinstructies aan de hand van vierkanten, rechthoeken of driehoeken.
Breuken
1/2 deel
3/8 deel
5/6 deel
1/4 deel

Slide 16 - Drag question

This item has no instructions

Naam van de breuk

4 = teller
---------------
5 = noemer

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Welk getal is in deze afbeelding de teller en welke de noemer?
A
4 is de teller 1 is de noemer
B
1 is de teller en 4 is de noemer
C
1 is de teller en 4 is de teller
D
1 is de noemer en 4 is de noemer

Slide 18 - Quiz

This item has no instructions

Slide 19 - Video

This item has no instructions

REKENEN MET BREUKEN
Voorbeeld: 1/2 x 10 = 
Wat doe je?
10: 2 = ...

1/4 x 12 =
12 : 4 = ...

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

REKENEN MET BREUKEN
Voorbeeld: 3/5 x 30 = 
Wat doe je?
Eerst 30: 5 = 6
Dan 6 x 3 = 18


Slide 21 - Slide

This item has no instructions

REKENEN MET BREUKEN
Voorbeeld: 3/8 x 56 = 
Wat doe je?
Eerst 56: 8 = 7
Dan 7 x 3 = 21


Slide 22 - Slide

This item has no instructions

REKENEN MET BREUKEN
Voorbeeld: 3/5 x 20 = 
Wat doe je?
Eerst 20: 5 = 4
Dan 3 x 4 = 12


Slide 23 - Slide

This item has no instructions

NOG EENTJE...
Voorbeeld: 3/9 x 45 = 
Wat doe je?
Eerst 45: 9 = 5
Dan 3 x 5 = 15


Slide 24 - Slide

This item has no instructions

SUCCES!

Slide 25 - Slide

This item has no instructions