Action Type test

• Lichamelijke opvoeding
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 1-5

Action Type test

Wat weet je over persoonlijkheidstesten?

ACTION TYPE

Action Type benadering

De ATB vormt een krachtig middel om jezelf en jouw cognitieve, emotionele en motorische voorkeuren, alsmede jouw Diepe Motivationele Drijfveren beter te leren kennen. Echter ook jouw niet voorkeuren. 

En dat is zeer verhelderend en bouwt zo aan jouw zelfvertrouwen. Het helpt ook andermans voorkeuren snel te kunnen plaatsen.

Persoonlijke ontwikkeling start bij zelfinzicht.

We zijn niet ons profiel, het duidt wel onze voorkeuren en persoonlijke kracht.

De ATB laat tevens zien hoe het individueel cognitieve, emotionele en motorische binnen de persoon zijn verbonden. Daarmee ontstaat vanuit het motorische ook meteen de link hoe communicatie, coaching en vorming bij jou werkt.

We gaan een testje doen over jezelf

Schrijf de antwoorden ook op een los blaadje.

Vraag 1

1. Je gedraagt je energiek en houdt van drukte
2. Je gedraagt je ingetogen en houdt van rust

Vraag 2

1. Je spreekt luid
2. Je spreekt zacht

Vraag 3

1. Je neigt naar actie

2. Je neigt naar reflectie


Vraag 4

1. Je pakt van alles zomaar aan

2. Je wilt er eerst over nadenken

Vraag 5

1. Je bent actief en zet zaken in gang

2. Je bent passief en je laat zaken over je heen komen

Geef hieronder aan hoe vaak je a hebt ingevuld en hoevaak je b hebt ingevuld.

Heb je vaker A of B ingevuld? Als antwoord op vraag 1 t/m 5.

A

B

Bij meerdere keren A als keuze schrijf je de hoofdletter E op je blaadje. Heb je B vaker als antwoord, schrijf je letter I op je blaadje.

Vul hieronder in:
Je klikt E aan als je vaker A hebt geantwoord. Je vult I in als je vaker B hebt beantwoord.

S

N

Vraag 6

1. Je vat dingen letterlijk op en je vertrouwt op je gezonde verstand
2. Je zoekt naar de betekenis van dingen en vertrouwt op je

Vraag 7

1. Je bent praktisch en realistisch

2. Je bent onpraktisch en dromerig

Vraag 8

1. Je bent gewoon

2. Je bent uniek

Vraag 9

1. Je staat met beide benen op de grond

2. Je bent fantasievol


Vraag 10

1. Je bent vooral gericht op feiten en mensen
2. Je bent vooral gericht op ideeën en fantasie

Geef hieronder aan hoe vaak je a hebt ingevuld en hoevaak je b hebt ingevuld.

Heb je vaker A of B ingevuld? Als antwoord op vraag 6 t/m 10.

A

B

Bij meerdere keren A als keuze schrijf je de hoofdletter S op je blaadje. Heb je B vaker als antwoord, schrijf je letter N op je blaadje bij de vragen 6 t/m 10.

Vul hieronder in:
Je klikt S aan als je vaker A hebt geantwoord. Je vult N in als je vaker B hebt beantwoord.

E

I

Vraag 11

1. Je vertrouwt op logica en stelt vragen voor je beslist
2. Je gaat op je gevoel af en laat alles op je inwerken voor je beslist

Vraag 12

1. Je bent recht door zee en direct 

2. Je bent tactvol en bemoedigend 


Vraag 13

1. Je bent kritisch en wilt argumenten winnen
2. Je bent vriendelijk en wilt partijen verenigen

Vraag 14

1. Je bent streng maar rechtvaardig
2. Je bent een gevoelsmens

Vraag 15

1. Je bent zakelijk en blijft bij het onderwerp
2. Je bent gevoelig en dwaalt af als het zo uitkomt 


Geef hieronder aan hoe vaak je a hebt ingevuld en hoevaak je b hebt ingevuld.

Heb je vaker A of B ingevuld? Als antwoord op vraag 11 t/m 15.

A

B

Bij meerdere keren A als keuze schrijf je de hoofdletter T op je blaadje. Heb je B vaker als antwoord, schrijf je letter F op je blaadje bij de vragen 11 t/m 15.

Vul hieronder in:
Je klikt T aan als je vaker A hebt geantwoord. Je vult F in als je vaker B hebt beantwoord.

T

F

Vraag 16

1. Je bent georganiseerd en netjes 

2. Je bent ongeorganiseerd en slordig

Vraag 17

1. Je doet alles stap voor stap 

2. Je doet van alles tegelijk

Vraag 18

1. Je houdt van regels en systemen
2. Je houdt van improviseren en opties openhouden 


Vraag 19

1. Je neemt de spanning weg door op tijd te beginnen
2. Je creëert spanning door op het laatste moment te beginnen 


Vraag 20

1. Je wilt controle en neemt graag het initiatief
2. Je wilt vrijheid en initiatief interesseert je niet zo 


Geef hieronder aan hoe vaak je a hebt ingevuld en hoevaak je b hebt ingevuld.

Heb je vaker A of B ingevuld? Als antwoord op vraag 16 t/m 20.

A

B

Bij meerdere keren A als keuze schrijf je de hoofdletter J op je blaadje. Heb je B vaker als antwoord, schrijf je letter P op je blaadje bij de vragen 11 t/m 15.

Vul hieronder in:
Je klikt J aan als je vaker A hebt geantwoord. Je vult P in als je vaker B hebt beantwoord.

J

P

Vul de letters nu achter elkaar in:
Dus bijvoorbeeld: (ENTP)
Schrijf dit ook op je blaadje.

Kijk goed welke kleur je bent. Schrijf dit achter de volgorde op je blaadje

ROOD = ESTP ESFP ISTP ISFP

GROEN = ESTJ ESFJ ISTJ ISFJ

BLAUW = ENTJ ENTP INTJ INTP

PAARS = ENFP ENFJ INFP INFJ

Welke kleur ben jij?

1. Rood
2. Groen
3. Blauw
4. Paars

https://www.actiontype.nl/at-estp/