Les 5 B2B Economie - 0709092023

• Economie
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 3

Welkom bij Economie in Mavo 2

Les 4

Huiswerk controle + bespreken huiswerk

ZIE MAGISTER!!!

Kijk even mee op het bord

👀 herhaling 

Functies van geld

Geld kan drie functies hebben, namelijk:

 

1. Ruilmiddel (betaalmiddel)
   
2. Rekenmiddel
   
3. Spaarmiddel
   

Behoeften:

mensen hebben behoefte aan goederen en diensten, dit noemen we behoeften.
Er zijn basisbehoeften (primaire behoeften) en luxebehoeften (secundaire behoeften). Normale behoeften die je niet nodig hebt om in leven te blijven horen ook bij de secundaire behoeften.

Behoeften verschillen door:

• budget (hoeveel heb je te besteden)
• leeftijd
• geslacht
• de invloed van vrienden en klasgenoten
• de invloed van familie
• de invloed van reclame

Prioriteiten

Je kunt niet in al je behoeften voorzien doordat middelen schaars zijn. Je moet keuzes maken.

Bepalen wat je het belangrijkste vindt, noem je prioriteiten stellen.

Leerdoelen deze les:

• In deze les leer je het verschil tussen de intrinsieke waarde van geld en de nominale waarde van geld.
• Verder weet je wat de begrippen inflatie en koopkracht betekenen en wat ze met elkaar te maken hebben.

Waarde van geld

Intrinsieke waarde: de materiaalwaarde van geld.

Nominale waarde: de waarde die op het geld gedrukt staat.

Actualiteit

Inflatie

Als de prijzen van goederen en diensten in het het algemeen stijgen.

Oorzaken inflatie

• Meer vraag naar producten en diensten dan dat er aanbod is.


• Hogere grondstofprijzen die worden doorberekend in de prijs.
• Hogere belastingen of andere heffingen.

Actualiteit

Koopkracht

De hoeveelheid goederen en diensten die je met je inkomen kunt kopen.

Als er inflatie is en je inkomen blijft gelijk dan DAALT de koopkracht.

Vragen?

Aan de slag!!!

Maken opdrachten par. 1.2 C:

De waarde van geld

Let op:

Werk stil en zelfstandig aan de opdrachten. Let op: Gebruik oortjes voor de filmpjes

Klaar? --> Bij 100% gemaakt kun je ook nakijken!

Huiswerk 

- Maken Par. 1.2 C: 

De waarde van geld

- Maken Par. 1.2 B (als je die niet gemaakt hebt!

- Maken 1.5 A: Afronden

- de opdrachten zijn ook nagekeken!

Tot de volgende les!

Donderdag het 4e lesuur!