8.3 Eenheden van tijd: OM TE OEFENEN

• Wiskunde
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 3

8.3 EENHEDEN VAN TIJD

Vul in:
4,5 jaar = … jaar en … maanden

Typ tussen antwoorden een spatie. (bijv. 6 20)

Vul in:
16,25 jaar = … jaar en … maanden

Typ tussen antwoorden een spatie. (bijv. 6 20)

Vul in:
0,2 dagen = … uur en … minuten

Typ tussen antwoorden een spatie. (bijv. 6 20)

Vul in:
14,4 dagen = … dagen en ...... uur en … minuten

Typ tussen antwoorden een spatie. (bijv. 6 20 15)

Vul in:
3,15 minuten = … minuten en … seconden

Typ tussen antwoorden een spatie. (bijv. 6 20 15)

Vul in:
28,4 uur = … uur en … en minuten

Typ tussen antwoorden een spatie. (bijv. 6 15)

Vul in:
62,7 dagen = … dagen en … uren en ...... minuten

Typ tussen antwoorden een spatie. (bijv. 6 20 15)

Vul in:
62,7 dagen = … dagen en … uren en ...... minuten

Typ tussen antwoorden een spatie. (bijv. 6 20 15)

Lise gaat op de fiets naar haar vriendin.
Ze heeft om 14:00 uur met haar afgesproken.
Ze fietst 12 km. Ze vertrekt om 13:20 uur.
Lise fietst gemiddeld 15 km per uur.

Hoe laat komt Lise aan bij haar vriendin? (Typ als 13:05 uur)

Ze komt niet op tijd.

Koen gaat op de fiets naar zijn vriendin.
Hij heeft om 20:00 uur met haar afgesproken.
Hij fietst 10,8 km. Hij vertrekt om 19:30 uur.
Koen fietst gemiddeld 18 km per uur.

Hoe laat komt Koen aan bij haar vriendin? (Typ als 13:05 uur)

Hij komt niet op tijd.