Maandag 9 januari bron D + H herhaling

1 / 21
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolvmbo k, havoLeerjaar 1

This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 15 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Bonjour tout le monde!
  • Jassen uit
  • Mobieltje in je tas
  • Boek / chromebook op tafel
  • Als de timer is afgelopen begint de les.
timer
3:00

Slide 2 - Slide

leerdoel
Je kunt een regelmatig werkwoord in de tegenwoordige tijd vervoegen.
Je kent een ezelsbruggetje om de uitgangen te onthouden.

Slide 3 - Slide

Je gaat naar een uitlegvideo kijken
Je moet de uitleg volgen en straks zelf kunnen herhalen. Maak dus eventueel aantekeningen.

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Video

Leg aan je buurman/vrouw uit
hoe je een regelmatig werkwoord vervoegt. Welke stappen moeten je nemen? Bijvoorbeeld:

Nous (regarder) un film à la télévision.

Slide 6 - Slide

De uitgangen van regelmatige werkwoord op -er

Slide 7 - Slide

Schrijf de volgorde van de persoonlijke voornaamwoorden op + de uitgangen van het werkwoord

Slide 8 - Open question

De regelmatige werkwoorden worden allemaal op dezelfde manier vervoegd
A
oui
B
non

Slide 9 - Quiz

Als ik de -er van het werkwoord chanter afhaal, hoe heet dan wat ik overhoudt?

Slide 10 - Open question

Le présent is de
A
tegenwoordige tijd
B
verleden tijd
C
toekomende tijd
D
gebiedende wijs

Slide 11 - Quiz

Regelmatige werkwoorden op -er

Tu ............. (travailler)
A
travaille
B
travailles
C
travaillez
D
travaillent

Slide 12 - Quiz

Regelmatige werkwoorden op -er

Vous ............. (travailler)
A
travaillons
B
travaillez
C
travaille
D
travaillent

Slide 13 - Quiz

Regelmatig werkwoord:
Jouer - vous ...
A
jouer
B
joues
C
jouez
D
jouent

Slide 14 - Quiz

Regelmatige werkwoorden op -er

Moussa et Kenan ........... (trouver)
A
trouvent
B
trouve
C
trouvons
D
trouvez

Slide 15 - Quiz

Regelmatige werkwoorden op -er

Elle ............. (travailler)
A
travaillons
B
travaillez
C
travaille
D
travaillent

Slide 16 - Quiz

Regelmatige werkwoorden op -er

Nous .................(parler)
A
parlont
B
parlons
C
parlez
D
parles

Slide 17 - Quiz

Schrijf de zin op die jou helpt om de uitgangen te onthouden

Slide 18 - Open question

Ik weet hoe ik een regelmatig werkwoord op - er moet vervoegen (in de présent)
😒🙁😐🙂😃

Slide 19 - Poll

TIP
Heb je alle opdrachten van bron D gemaakt?

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Slide