wasverzorging

Welkom!
1 / 23
next
Slide 1: Slide
Zorg en WelzijnPraktijkonderwijsLeerjaar 1,2

This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Welkom!

Slide 1 - Slide

Bij wasverzorging hoort....
* wasgoed sorteren
* wasgoed bewaren
* wasgoed voorbereiden
* kiezen en doseren van wasmiddel
* wasgoed wassen, strijken, vouwen en drogen

Slide 2 - Slide

Ik doe thuis de was.....
😒🙁😐🙂😃

Slide 3 - Poll

Sorteren van wasgoed
Kleur
Vuilgraad
Materialen en grondstof
Temperatuur

Slide 4 - Slide

Noem de hoofdgroepen van de was.

Slide 5 - Open question

Hoofdgroepen van de was
    Wit of lichtgekleurd ​

    Bont (kleur of donker)​

    Fijne was ​

    Wasgoed dat met de hand gewassen moet worden

Slide 6 - Slide

Wat lees je op een was-etiket?

Slide 7 - Mind map

Wasmiddelen
Witte was ------>

Bonte was ----->

Zwarte was ---->

Fijne was ------>

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Staat dit op het etiket, dan ....
A
mag je het op 40 graden of warmer wassen
B
dan weet je dat je een antikreukprogramma moet kiezen
C
dan mag je het zeker niet boven 40 graden wassen
D
dan moet je het liggend drogen

Slide 10 - Quiz

Als ik dit etiket zie, weet ik
A
dat ik het op de hand moet wassen
B
dat ik het heet kan wassen
C
dat het synthetisch is
D
dat het een natuurproduct is

Slide 11 - Quiz

Zie je dit symbool, dan is het advies....
A
handwas
B
lauwwarm wassen
C
kiezen tussen handwas en machinewas
D
niet wassen

Slide 12 - Quiz

Op het etiket, dan kun je het beter niet ....
A
zelf wassen
B
in de droogtrommel doen
C
chemisch reinigen
D
bleken

Slide 13 - Quiz

100 % katoen is heel geschikt voor ....
A
theedoeken en lakens
B
theedoeken en ondergoed
C
lakens en bedrijfskleding
D
gordijnen en kussens

Slide 14 - Quiz

Staat dit symbool op je wasbehandelingsetiket ....
A
dan mag het niet in de droogtrommel
B
dan mag het niet gewassen te worden
C
dan is het advies professioneel reinigen
D
dan mag het in de droogtrommel gedroogd

Slide 15 - Quiz

Deze symbolen geven aan ....
A
welke chemische reiniging
B
hoe lang het in de droogtrommel mag
C
hoe heet het in de droogtrommel mag
D
welke oplosmiddelen je mag gebruiken

Slide 16 - Quiz

Als je dit symbool ziet weet je dat ..
A
je niet mag strijken
B
niet hoeft te strijken
C
je zelf mag kiezen

Slide 17 - Quiz

Op een samenstellingsetiket kun je zien waar het materiaal van gemaakt is
A
waar
B
niet waar

Slide 18 - Quiz

Deze symbolen geven informatie over....
A
bleken, niet bleken of met chloor bleken
B
bleken, of niet bleken
C
is een verkeersbord
D
heeft met professionele reiniging te maken

Slide 19 - Quiz

Deze stof is heel geschikt voor een zomerblouse
A
Ja, want hij kan veel vocht opnemen
B
Nee, want hij zal niet veel vocht opnemen
C
Nee, want hij is heel warm
D
Dat hangt van je smaak af

Slide 20 - Quiz

In textiel vind je 2 etiketten
A
behandelingsetiket en samenstellingsetiket
B
behandelingsetiket en maat-etiket
C
samenstellingsetiket en maat-etiket
D
maat-etiket en merketiket

Slide 21 - Quiz

Deze samenstelling kom je veel tegen bij
A
bedrijfskleding
B
theedoeken
C
handdoeken
D
vitrage

Slide 22 - Quiz

Dit materiaal is geschikt voor een warme trui
A
ja
B
nee
C
kan zowel voor warme als voor koude omstandigheden
D
dit is niet geschikt voor kleding

Slide 23 - Quiz