U wilt rechts afslaan op een kruispunt dat geregeld wordt door een verkeersregelaar. De verkeersregelaar geeft u het stopteken. U rijdt toch door!
A
Dit mag altijd.
B
Dit mag nooit.
C
Dit mag, zolang u let op fietsers en voetgangers die rechtdoor oversteken.
1 / 12
next
Slide 1: Quiz
verkeersopleidingenBeroepsopleiding
This lesson contains 12 slides, with interactive quizzes.
Lesson duration is: 30 min
Items in this lesson
U wilt rechts afslaan op een kruispunt dat geregeld wordt door een verkeersregelaar. De verkeersregelaar geeft u het stopteken. U rijdt toch door!
A
Dit mag altijd.
B
Dit mag nooit.
C
Dit mag, zolang u let op fietsers en voetgangers die rechtdoor oversteken.
Slide 1 - Quiz
De verkeersregelaar geeft u het teken door te rijden. Het verkeerslicht is rood. Wat doet u?
A
U Stopt. Het verkeerslicht staat boven de verkeersregelaar.
B
U rijdt door. De verkeersregelaar staat boven de verkeerslichten.
Slide 2 - Quiz
Een op een gehandicapte plek geparkeerde auto is voorzien van een buitenlandse gehandicaptenkaart. Dit is...?
A
Niet toegestaan. Alleen een Nederlandse kaart is geldig.
B
Toegestaan, zolang het plaatje van de rolstoel duidelijk zichtbaar is.
C
Toegestaan, zolang de kaart een door het bevoegde gezag afgegeven document is.
Slide 3 - Quiz
verkeersregels
verkeerstekens
verkeerslichten
boa
Zet de afbeeldingen op volgorde van hoogste naar laagste voorrang
hoogste voorrang
2e
3e
laagste voorrang
Slide 4 - Drag question
In geval van een ernstige verstoring van de olieaanvoer kan bij regeling worden bepaald dat op auto(snel)wegen voor motorvoertuigen een maximumsnelheid geldt van 90 km/h. Dit is...?
A
Waar
B
Niet waar
Slide 5 - Quiz
Een voorrangsvoertuig rijdt door rood. Wanneer mag dit?
A
Alleen als ze hun optische of geluidssignalen gebruiken.
B
Alleen als ze hun optische en geluidssignalen gebruiken.
C
Altijd voor zover de uitoefening van hun taak dit vereist.
Slide 6 - Quiz
Het verkeer uit welke richting houdt de regelaar nu tegen? Het verkeer wat hem...?
A
Van rechts nadert
B
Van voren nadert
C
Van achteren nadert
D
Uit alle richtingen nadert
Slide 7 - Quiz
U nadert een kruispunt met het verkeerslicht op groen. Onder het verkeerslicht hangt het bord b6 ( haaientanden ). Van links ziet u een auto het kruispunt naderen. Wat doet u?
A
Ik stop. Ik moet voorrang verlenen aan alle bestuurders op de kruisende weg.
B
Ik rijd door. Met een beetje extra gas kan ik er voorbij.
C
Ik rijd door. Verkeerslichten gaan boven verkeerstekens die de voorrang regelen.
Slide 8 - Quiz
Het verkeer uit welke richting houdt de regelaar nu tegen? Het verkeer wat hem...?
A
Van rechts nadert
B
Van voren nadert
C
Van achteren nadert
D
Uit alle richtingen nadert
Slide 9 - Quiz
Zet de juiste aanwijzing bij het juiste plaatje
verkeer van voor en achter moet stoppen
verkeer van achteren moet stoppen
verkeer van voren moet stoppen
verkeer van links en rechts moet stoppen
verkeer van alle richtingen moet stoppen
Slide 10 - Drag question
Zet de juiste aanwijzing bij het juiste plaatje
kruispunt vrijmaken
snelheid minderen
verkeer van links moet stoppen
verkeer van links en rechts moet stoppen
verkeer van rechts moet stoppen
Slide 11 - Drag question
Wat gaat u doen?
A
Snelheid eruit halen en naar rechts wisselen
B
Snelheid eruit halen en op de rijstrook blijven rijden
C
Snelheid vasthouden en naar rechts wisselen
D
Snelheid vasthouden en op de rijstrook blijven rijden