Sommige opdrachten werken beter met je telefoon horizontaal.
Deze les heb je nodig: pen, papier en rekenmachine.
Leg dit klaar.
1 / 12
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4
This lesson contains 12 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 30 min
Items in this lesson
Herhaling hoofdstuk 1
Straks inloggen via je telefoon.
Sommige opdrachten werken beter met je telefoon horizontaal.
Deze les heb je nodig: pen, papier en rekenmachine.
Leg dit klaar.
Slide 1 - Slide
Hoe zit het met het marktaandeel in deze klas? Geef hieronder aan welke abonnementen jij hebt.
A
Netflix
B
Videoland
C
Pathé Thuis
D
Disney+
Slide 2 - Quiz
Constante kosten
Variabele kosten
Huur van een winkelpand.
Rente op een lening.
Inkoopkosten van verkochte producten.
Verzendkosten voor de online bestellingen.
Slide 3 - Drag question
Nu volgen een aantal vragen. Deze dienen ter herhaling.
Leer van deze vragen. Klik op de uitleg na inleveren van het antwoord.
Slide 4 - Slide
Een maaltijdbezorgingsdienst vraagt aan zijn klanten €5 per rit. Per rit krijgt de bezorger €3. De bezorgfiets kost €100 per maand. Overige constante kosten bedragen €860. Hoeveel winst of verlies wordt er gemaakt als er per maand 600 maaltijden worden bezorgd via deze maaltijdbezorgingsdienst?
Slide 5 - Open question
Een maaltijdbezorgingsdienst vraagt aan zijn klanten €5 per rit. Per rit krijgt de bezorger €3. De bezorgfiets kost €100 per maand. Overige constante kosten bedragen €860. Hoe hoog zijn de gemiddelde constante kosten als er per maand 600 maaltijden worden bezorgd via deze maaltijdbezorgingsdienst?
Slide 6 - Open question
Een maaltijdbezorgingsdienst vraagt aan zijn klanten €5 per rit. Per rit krijgt de bezorger €3. De bezorgfiets kost €100 per maand. Overige constante kosten bedragen €860. Hoeveel maaltijden moeten er per maand minimaal bezorgd worden, zodat deze maaltijdbezorgingsdienst geen verlies lijdt (dus break-even-afzet)?
Slide 7 - Open question
Een maaltijdbezorgingsdienst vraagt aan zijn klanten €5 per rit. Per rit krijgt de bezorger €3. De bezorgfiets kost €100 per maand. Overige constante kosten bedragen €860. De marginale kosten van de maaltijdbezorgingsdienst zijn:
A
€3
B
€5
C
€100
D
€960
Slide 8 - Quiz
Een maaltijdbezorgingsdienst vraagt aan zijn klanten €5 per rit. Per rit krijgt de bezorger €3. De bezorgfiets kost €100 per maand. Overige constante kosten bedragen €860. De marginale opbrengsten van de maaltijdbezorgingsdienst zijn:
A
€3
B
€5
C
€100
D
€960
Slide 9 - Quiz
MO = €5, MK = €3 Bij iedere extra bezorgde maaltijd:
A
Gebeurt er niets met de winst.
B
Neemt de winst toe met €2
C
Neemt de winst af met €2
D
Dat kun je met deze informatie niet zeggen.
Slide 10 - Quiz
Check! Een scooterverkoper koopt scooters in voor €900. Hij verkoopt de scooters voor €1.000. De totale constante kosten bedragen €3.000 per maand. Bereken de break-even-afzet. Vul het zo in: 'x scooters'.
Slide 11 - Open question
Over hoofdstuk 1
Voor het leren van hoofdstuk 1, maak de zelftest (open vragen) van hoofdstuk 1 opnieuw. Zorg ook dat je de begrippen kent.