1. De klas wordt ingedeeld in groepjes van 4;
2. Ieder groepje krijgt een stapeltje met zelfstandige naamwoorden;
3. Op de tafel ligt een A4-tje met daarop de lidwoorden der die das die;
4. De zelfstandige naamwoorden worden op het juiste lidwoord gelegd;
5. Daarna worden ze op het papier geschreven;
6. Voor het neerleggen en opschrijven van de zelfstandige naamwoorden
krijgt ieder groepje 2 minuten (timer);
7. De docent rouleert de stapeltjes.
Tip: Als je groepje wil winnen → overleg dan zo zachtjes mogelijk!!