3.10: woorden met ng en nk

Aan het einde van de les kan je woorden uitspreken en horen met de letters ng en nk

1 / 16

Slide 1: Slide

NT2Middelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes and text slides.

Lesson duration is: 50 min

Items in this lesson

3.10: woorden met ng en nk

Aan het einde van de les kan je woorden uitspreken en horen met de letters ng en nk

Slide 1 - Slide

welke woorden ken je met ng?

Slide 2 - Mind map

Welke woorden ken je met nk?

Slide 3 - Mind map

Klanken

Je ziet: ng. Je zegt één klank.

» belangrijk » jongen

Je ziet: nk. Je zegt twee klanken: ng en k.

» bank » bedankt

Slide 4 - Slide

Jongen

Makkelijk

Moeilijk

Slide 5 - Poll

hangen

Makkelijk

Moeilijk

Slide 6 - Poll

vertraging

Makkelijk

Moeilijk

Slide 7 - Poll

Belangrijk

Makkelijk

Moeilijk

Slide 8 - Poll

zwanger

Makkelijk

Moeilijk

Slide 9 - Poll

vinger

Makkelijk

Moeilijk

Slide 10 - Poll

blank

Makkelijk

Moeilijk

Slide 11 - Poll

winkel

Makkelijk

Moeilijk

Slide 12 - Poll

stinken

Makkelijk

Moeilijk

Slide 13 - Poll

bedankt

Makkelijk

Moeilijk

Slide 14 - Poll

drinken

Makkelijk

Moeilijk

Slide 15 - Poll

Wat heb je geleerd?

Slide 16 - Mind map

3.10: woorden met ng en nk

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Mind map

Slide 3 - Mind map

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Poll

Slide 6 - Poll

Slide 7 - Poll

Slide 8 - Poll

Slide 9 - Poll

Slide 10 - Poll

Slide 11 - Poll

Slide 12 - Poll

Slide 13 - Poll

Slide 14 - Poll

Slide 15 - Poll

Slide 16 - Mind map

More lessons like this

TaalCompleet A2 les 3.10

Thema 3.9 en 3.10

Nederlands Strux H14/H15 Woorden met -nk en -ng aan het einde

ng/nk woorden

ng/nk woorden

TC A2 3.10 NG NK

3.10 NG NK

ng/nk woorden