Blok 4-5 Over Taal 3K

Nederlands
                        Klas 3D - Les 4.5 Over Taal
1 / 19
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Nederlands
                        Klas 3D - Les 4.5 Over Taal

Slide 1 - Slide

4 gouden minuten
Telefoon na 4 minuten direct in de tas
Timer op 00:00?
zitten op de plek
Leg de spullen vast klaar
Huiswerk op de tafel


timer
3:00

Slide 2 - Slide

Vandaag in deze les:
  • We hebben de tijd en aandacht hard nodig!!!
  • Let op je werkplek!
  • Verstoor je de les (3x) of respectloos gedrag, dan stuur ik je eruit.
  • Mocht het nodig zijn, dan krijgen sommigen een vaste plek in de klas.

Slide 3 - Slide

Stillezen
Geen boek mee?
Fictie Blok 4
blz. 180 t/m 183
Huiswerk in schrift gemaakt -> op tafel 

timer
10:00

Slide 4 - Slide

Vandaag in deze les:
  • Lesafspraken
  • Terugblik
  • Lesdoel
  • Nakijken huiswerk
  • Instructie Spelling
  • Aan de slag

Slide 5 - Slide

Afspraken tijdens de les:
  • Telefoons in de tas!
  • Je hebt respect voor elkaar en de omgeving.
  • Je houdt je focus en aandacht bij de les.
  • Je let op jezelf, bemoei je niet met anderen.
  • Steek je hand op wanneer je iets wil vragen of zeggen.
  • Let op je plek in de klas en zorg ervoor dat je de les niet verstoort.

Slide 6 - Slide

Terugblik:
  • Leesboek mee tijdens de les
  • Zinsontleding/hoofdzinnen - bijzinnen
  • bez.vnw/vr.vnw/aanw.vnw/betr.vnw.
  • Spelling: voltooid deelwoord
  • Spelling: samenstellingen/tussenletters/trema

Slide 7 - Slide

Lesdoel:
  • Je begrijpt de betekenis van verschillende examenwoorden en woorden uit teksten.
  • Je herkent bijzonder taalgebruik.
  • Je kunt zinnen met overbodige woorden verbeteren.
  • Je kent de betekenis van een aantal uitdrukkingen.

Slide 8 - Slide

Huiswerk bespreken
Opdracht 1 t/m 5 + 7 in eDition (201 t/m 205)

 

Slide 9 - Slide

Huiswerk opdr.1
  1. straft – strafte
  2. houdt – hield
  3. fietsen – fietsten
  4. luistert – luisterde
  5. krabt – krabde
  6. Vind – Vond

Slide 10 - Slide

Huiswerk opdr.2
  1. gebeurd
  2. ingezet
  3. versierd
  4. opgeruimd
  5. georganiseerd
  6. geserveerd
  7. gemaakt
  8. verrast
  9. geholpen
  10. uitgerust


Slide 11 - Slide

Huiswerk opdr.3
  1. auto-onderdeel
  2. diploma-uitreiking
  3. tostiapparaat
  4. astma-aanval
  5. politieagent
  6. woede-uitbarsting

Slide 12 - Slide

Huiswerk opdr.4
  1. groenteman                
  2. bessensap                   
  3. reuzeleuk 
  4. sterrenhemel 
  5. zonnestelsel 
  6. deurklink 
  7. secondewijzer
  8. kattenluik
  9. vitaminepil
  10. fietsenhok
  11. berenhol
  12. beregoed

Slide 13 - Slide

Huiswerk opdr.5
  1. dorpsfeest
  2. stationsstraat
  3. oorlogsschip
  4. kapperszaak
  5. buschauffeur
  6. winkelcentrum

Slide 14 - Slide

Huiswerk opdr.7
  1. patiënt
  2. dieet
  3. drieëntwintig
  4. beïnvloeden
  5. kopieerapparaat
  6. knieën
  7. ruïne
  8. conciërge
  9. elektricien
  10. buiig

Slide 15 - Slide

Theorie Spelling
Examenwoorden blz. 207/208











Slide 16 - Slide

Aan de slag!
Opdracht 1 - 2 - 3 - 4 (207/208)
de opdrachten worden op de laptop gemaakt.
Laptop niet mee? Starten in het schrift, daarna overnemen op de laptop.









Slide 17 - Slide

In hoeverre heb jij het idee dat je deze leerstof hebt begrepen?
😒🙁😐🙂😃

Slide 18 - Poll

Ik vond deze les....
😒🙁😐🙂😃

Slide 19 - Poll