Kunt u dat nog een keer ...? Ik heb het nog niet begrepen.
A
uitleggen
B
verstaan
C
begrijpen
D
bedoelen
Slide 11 - Quiz
Wat .... je daarmee?
A
beteken
B
begrijp
C
bedoel
D
versta
Slide 12 - Quiz
Wil je het glas op tafel ...?
A
leggen
B
liggen
C
zetten
D
zitten
Slide 13 - Quiz
Je kunt het boek hier neer...
A
leggen
B
liggen
C
hangen
D
zitten
Slide 14 - Quiz
Wat .... er allemaal in je tas?
A
legt
B
staat
C
ligt
D
zit
Slide 15 - Quiz
De bloemen ... heel mooi in deze vaas.
A
hangen
B
staan
C
zetten
D
zitten
Slide 16 - Quiz
A1-A2 profiel hoog - Contact! 2
Journaal in makkelijke taal
We kijken naar een fragment over Sunneklaas, een feest dat op 5 december op Ameland gevierd wordt.
Waar ligt Ameland?
Slide 17 - Slide
A1-A2 profiel hoog - Contact! 2
Journaal in makkelijke taal
Welke zinsdelen passen achter elkaar?
1. Op Ameland vinden ze ...
2. Het is een traditie waarbij ...
3. Het is eigenlijk tikkertje ...
4. De laatste jaren was er kritiek ...
5. Mensen vinden het raar, dat ...
6. Het is niet gewelddadig of ...
a. voor volwassenen.
b. op het Sunneklaasfeest.
c. die kritiek overdreven.
d. vrouwonvriendelijk.
e. geesten worden verjaagd.
f. ze vrouwen achterna zitten.
Antwoorden
1C, 2E, 3A, 4B, 5F, 6D
Slide 18 - Slide
A1-A2 profiel hoog - Contact! 2
H4 Hoera, geslaagd!
We bekijken samen bladzijde 37
en maken opdracht 1 t/m 3
Slide 19 - Slide
- Herhalen negatie: geen/niet
- running dictee woorden H3 en H4
- dialoog met kaartjes
- afronden H4:
* er is/ er zijn
Donderdag
Slide 20 - Slide
Herhalen negatie: maak de zinnen negatief
1. Ik heb een werkboek.
2. Hij luistert goed.
3. Hassan vindt Nederlands moeilijk.
4. Ik zoek een baan.
5. Ik vind jou aardig.
6. Mijn zus studeert.
7. Het is vandaag mooi weer.
Extra oefenen: https://www.jufmelis.nl/extra/niet-of-geen/niet-of-geen-1
Slide 21 - Slide
A1-A2 profiel hoog - Contact! 2
Antwoorden negatie
1. Ik heb geen werkboek.
2. Hij luistert niet goed.
3. Hassan vindt Nederlands niet moeilijk.
4. Ik zoek geen baan.
5. Ik vind jou niet aardig.
6. Mijn zus studeert niet.
7. Het is vandaag geen mooi weer.
Slide 22 - Slide
A1-A2 profiel hoog - Contact! 2
H4 Hoera, geslaagd!
We luisteren naar een gesprek tussen Marta en Emma en maken opdracht 4 t/m 6
Slide 23 - Slide
Antwoorden opdracht 6d
de ballon, de balonnen
de ouder, de ouders
de dag, de dagen
de schoonmaker, de schoonmakers
het drankje, de drankjes
de slinger, de slingers
het feest, de feesten
de tip, de tips
het hapje, de hapjes
de uitnodiging, de uitnodigingen
de mens, de mensen
de versiering, de versieringen
het nadeel, de nadelen
het voordeel, de voordelen
de zaal, de zalen
het zaaltje, de zaaltjes
Slide 24 - Slide
A1-A2 profiel hoog - Contact! 2
Woorden oefenen met een bal
We staan in een kring en gooien de bal over
ronde 1:
Noem een positieve eigenschap als je de bal vangt
ronde 2:
Noem een negatieve eigenschap als je de bal vangt
ronde 3:
Noem een kleur als je de bal vangt
Slide 25 - Slide
A1-A2 profiel hoog - Contact! 2
Filmpje Loes en Niek maken zich klaar voor Kerst
kerstkaarten schrijven
de kerstboom versieren
de lichtjes uit de knoop halen
kerstavond - 1e kerstdag - 2e kerstdag
Slide 26 - Slide
A1-A2 profiel hoog - Contact! 2
Running dictee woorden H3 en H4
-Op de gang hangt een lijst met 14 woorden uit H3 en H4
- We maken tweetallen. Cursist A gaat naar de gang (zonder pen en papier) en probeert één of meer woorden te onthouden en loopt terug naar B en vertelt het woord/de woorden aan B.
- B schrijft de woorden foutloos op.
- Welk tweetal heeft als eerste alle woorden van de gang
correct opgeschreven?
Slide 27 - Slide
Dialoog met de dictee woorden
Je voert een gesprek met een medecursist over een feestje waarbij je alle woorden gebruikt die op jouw lijstje staan.